Mijn Communities
Help

Kennisbank Visma.net Payroll

Sorteren op:
  Balansregeling In juli 2022 is de balansregeling in werking getreden voor de cao GGZ. Werknemers ontvangen een balansbudget van € 500, dat op onderstaande wijze kan worden gebruikt: Uitbetaling als brutoloon Omzetting in extra verlofuren Omzetting naar bruto opleidingsbudget Uitbetaling als brutoloon Voor de uitbetaling van de balansregeling als brutoloon kan je de release notes van release 203 raadplegen.   Omzetting in extra verlofuren Informatie over het omzetten van de balansregeling in extra verlofuren vind je in de release notes van release 203.    Omzetting naar bruto opleidingsbudget In  de release notes van release 203 hebben we de inrichting van het balansbudget toegelicht. Wij adviseerden in de release notes om gebruik te maken van de uitruilfunctionaliteit, wanneer de medewerker kiest voor de omzetting naar een een bruto opleidingsbudget. Dit had het ongewenste gevolg dat het geregistreerde saldo door Visma.net payroll als een schuld werd gezien en niet als een uit te betalen budget. Daarom adviseren wij niet langer deze functionaliteit voor dit doeleinde te gebruiken.   Het omzetten van het balansbudget naar een opleidingsbudget wordt nog niet automatisch ondersteund. Hieronder zullen wij de stappen weergeven die nodig zijn om dit toch te kunnen registreren. Eenmalige inrichting Hieronder worden de stappen beschreven die nodig zijn om nu handmatig de balansregeling naar een opleidingsbudget om te zetten. De stappen voor de eenmalige inrichting zijn achtereenvolgend: 1. Je maakt een jaaroverschrijdend cumulatief aan.  2. Je maakt een variabel component aan 3. Je maakt een salariscomponent aan voor de uitbetaling van studiekosten 4. Je maakt een component aan waarmee studiekosten uitbetaald kunnen worden, welke gebruteerd zullen worden 5. Je maakt een salariscomponent aan dat dient voor de uitbetaling van het opleidingsbudget bij einde dienstbetrekking 6. Maak een component die niet tot uitbetaling komt, maar slechts het cumulatief kan verhogen of verlagen   1. Je maakt een jaaroverschrijdend cumulatief aan. Dit kun je doen door te gaan naar Configuratie → Regelingen → Cumulatieven en daar op de knop Nieuw cumulatief te drukken. Vervolgens neem je de gegevens uit onderstaande afbeelding over:   2. Je maakt een variabel component aan waarmee je een inhouding kunt doen op de uitbetaling van het balansbudget t.b.v. het opleidingsbudget. Het is de bedoeling dat dit component direct het cumulatief Saldo bruto opleidingsbudget vult. Een nieuw component aanmaken kun je doen door te gaan naar Configuratie → Regelingen → Salariscomponenten.  Klik vervolgens op de knop Nieuw component.  In het volgende scherm kun je vervolgens ervoor kiezen een kopie te maken van een bestaand component. Hier kun je bijvoorbeeld 42300 Variabel: totaal bedrag 1 (of 2,3) voor gebruiken. Je geeft op het tabblad Algemene informatie een naam in en gaat vervolgens naar het tabblad Journaalpost. Ga vervolgens naar het tabblad Journaalpost en selecteer debet de balans grootboekrekening waarop het opleidingsbudget moet worden geboekt in de loonjournaalpost. Je neemt vervolgens op het tabblad Geavanceerde informatie onderstaande instellingen over.    Dit zorgt ervoor dat je een positieve waarde, ter hoogte van het uitgekeerde balansbudget, kunt ingeven welke vervolgens bruto tot een inhouding zal leiden. Tevens zal het cumulatief Saldo opleidingsbudget met een positieve waarde worden gevuld. 3. Je maakt een salariscomponent aan dat dient voor de uitbetaling van studiekosten uit het opleidingsbudget. Dit component kan gebruikt worden voor het uitbetalen van studiekosten welke gericht zijn vrijgesteld in de werkkostenregeling. Als er bepaalde studiekosten die door de werknemer gedeclareerd worden die niet gericht zijn vrijgesteld dan moeten die studiekosten worden gebruteerd. Natuurlijk kan er dan ook voor gekozen worden deze studiekosten toe te wijzen aan de vrije ruimte van de werkkostenregeling. Wanneer je dat laatste doet dan zal deze stap herhaald moeten worden, maar dan met 2 extra instellingen. Op het tabblad Algemene informatie moet een vinkje worden gezet bij Overig → Ten laste van vrije ruimte WKR en op het tabblad Verschijning moet een vinkje worden gezet bij Component types → Ovz WKR. Bij stap 4 staat een beschrijving voor het aanmaken van het netto - bruto component. Ga naar Configuratie → Regelingen → Salariscomponenten.  Klik vervolgens op de knop Nieuw component.  In het volgende scherm kun je vervolgens ervoor kiezen een kopie te maken van een bestaand component. Hier kun je bijvoorbeeld 84030 Declaratie studiekosten voor gebruiken. Door dit component te gebruiken is het mogelijk dit component te gebruiken in de Declaratie module in HRM. Je geeft op het tabblad Algemene informatie een Naam in en gaat vervolgens naar het tabblad Journaalpost. Ga vervolgens naar het tabblad Journaalpost en selecteer debet de balans grootboekrekening waarop het opleidingsbudget moet worden geboekt in de loonjournaalpost. Door hier bij Cumulatieven het Saldo opleidingsbudget te kiezen met als factorscript General.MinusOne2 zal de uitbetaling leiden tot een verlaging van het cumulatief Saldo opleidingsbudget. 4. Maak een component aan waarmee studiekosten uitbetaald kunnen worden welke gebruteerd zullen worden. Dit component kan worden gebruikt voor opleidingen die niet gericht zijn vrijgesteld en waarvoor is gekozen om die niet onder te brengen in de vrije ruimte van de werkkostenregeling. Is dat het geval dan zullen de studiekosten gebruteerd moeten worden.  Je gaat weer naar Configuratie → Regelingen → Salariscomponenten.  Klik vervolgens op de knop Nieuw component.  In het volgende scherm kun je vervolgens ervoor kiezen een kopie te maken van een bestaand component. Hier kun je bijvoorbeeld 12000 Netto-Brutto voor gebruiken.  Je geeft op het tabblad Algemene informatie een Naam in en zet een vinkje bij Gedrag → Variabel en gaat vervolgens naar het tabblad Verschijning. Zet op het tabblad Verschijning een vinkje bij het component type Variabele bedragen/aantallen Ga vervolgens naar het tabblad Journaalpost en selecteer debet de balans grootboekrekening waarop het opleidingsbudget moet worden geboekt in de loonjournaalpost. Op het tabblad Geavanceerde informatie richt je weer als cumulatief het saldo opleidingsbudget in en het factorscript General.MinusOne2, om ervoor te zorgen dat het uitbetaalde gebruteerde bedrag in mindering wordt gebracht op het saldo. 5. Je maakt een salariscomponent aan dat dient voor de uitbetaling van het opleidingsbudget bij einde dienstbetrekking. Je gaat weer naar Configuratie → Regelingen → Salariscomponenten.  Klik vervolgens op de knop Nieuw component. In het volgende scherm kun je vervolgens ervoor kiezen een kopie te maken van een bestaand component. Hier kun je bijvoorbeeld 42300 Variabel: totaal bedrag 1 (of 2,3) voor gebruiken. Je geeft op het tabblad Algemene informatie een Naam in en gaat vervolgens naar het tabblad Geavanceerde informatie. Ga vervolgens naar het tabblad Journaalpost en selecteer debet de balans grootboekrekening waarop het opleidingsbudget moet worden geboekt in de loonjournaalpost. Op het tabblad Geavanceerde informatie richt je weer als cumulatief het saldo opleidingsbudget in en het factorscript General.MinusOne2, om ervoor te zorgen dat het uitbetaalde bedrag in mindering wordt gebracht op het saldo. 6. Maak een component die niet tot uitbetaling komt, maar slechts het cumulatief kan verhogen of verlagen. Je gaat weer naar Configuratie → Regelingen → Salariscomponenten.  Klik vervolgens op de knop Nieuw component.  In het volgende scherm kun je vervolgens ervoor kiezen een kopie te maken van een bestaand component. Hier kun je bijvoorbeeld 42600 Vast bedrag 1 voor pensioen/regeling voor gebruiken. Met dit component kun je de 20% of 40% opslag toevoegen aan het cumulatief. Je kunt het ook gebruiken om het cumulatief te verlagen in het geval deze opslag van het saldo afgehaald moet worden voordat er uitbetaald wordt aan het einde van het dienstverband of als er eind 2024 nog een resterend bedrag is. Ga vervolgens naar het tabblad Journaalpost en selecteer debet de kosten grootboekrekening waarop het balansbudget en credit de balansrekening waarop het opleidingsbudget moet worden geboekt in de loonjournaalpost. Bij dit component stel je op het tabblad Geavanceerde informatie in dat de waarde van het component wordt toegevoegd aan het cumulatief, maar in dit geval voeg je geen factorscript toe. Omzetten van balansbudget naar opleidingsbudget Als een werknemer aangeeft het balansbudget te willen omzetten naar een opleidingsbudget, voer je een transactie op op het salariscomponent Inh. balansbudget t.b.v. opleidingsbudget (dat in bovenstaande stap 2 is aangemaakt). Bij Totaal vul je het bedrag in dat de werknemer aan balansbudget ontvangt. Dit bedrag komt automatisch in het cumulatief terecht. Daarnaast voer je voor de opslag een vaste transactie op op het salariscomponent Verhogen/verlagen opleidingsbudget (dat bij bovenstaande stap 6 is aangemaakt) ter hoogte van 20% - of 40% als er ten minste 20 LFB uren in tijd worden ingezet - van het bedrag van het balansbudget.  Uitbetalen balansbudget Als om de opleidingskosten te vergoeden (een deel van) het opleidingsbudget moet worden uitbetaald, voer je een transactie op op salariscomponent Uitbetaling opleidingsbudget (dat bij bovenstaande stap 3 is aangemaakt). Bij Totaal vul je het bedrag in dat moet worden uitbetaald. Hierbij gaan we er vanuit dat de opleidingskosten die door de werknemer gemaakt zijn onder de gerichte vrijstelling van de WKR vallen. Is dat niet het geval dan zal de uitbetaling gebruteerd moeten worden waarbij het bruto deel het saldo moet verlagen. Is dat het geval dan moet het NB - Uitb. studiekosten t.l.v. opleidingsbudget worden gebruikt. Afrekenen bij einde dienstverband of eind 2024 Als aan het einde van het dienstverband nog sprake is van een resterend opleidingsbudget, of als er na afloop van het jaar 2024 nog een resterend opleidingsbudget is, keer je dit uit onder aftrek van de opslag van 20% of 40% op salariscomponent Uitbetaling opleidingsbudget (dat bij bovenstaande stap 3 is aangemaakt). Het in mindering gebrachte deel kun je in mindering brengen op het saldo door een transactie op te voeren op het salariscomponent Verhogen/verlagen opleidingsbudget (dat bij bovenstaande stap 6 is aangemaakt). Voorbeeld: Werknemer ontvangt € 500 balansbudget. Omdat werknemer dit balansbudget omzet in een opleidingsbudget, ontvangt zij 20% * € 500 = € 100 opslag. In totaal is er dan een opleidingsbudget van € 500 + € 100 = € 600 bruto. De werknemer treedt per 1-2-2023 uit dienst. Van het opleidingsbudget is nog € 150 bruto over. Op dit resterende bedrag breng je 20/120 deel in mindering, je betaalt 100/120 deel uit. Je betaalt € 150 * 100/120 = € 125 uit op salariscomponent Uitbetaling opleidingsbudget. Het in mindering gebrachte deel van 20/120 * € 150 = € 25 kun je in mindering brengen op het saldo door een transactie op te voeren op het salariscomponent Verhogen/verlagen opleidingsbudget (dat bij bovenstaande stap 6 is aangemaakt).  
Volledig artikel weergeven
01-12-2022 22:09 (Bijgewerkt op 09-03-2023)
  • 0 Antwoorden
  • 0 kudos
  • 1243 Weergaven
  Mededeling Versie 203 zal op donderdagavond 8 september 2022 worden geïnstalleerd.      Nieuwe functionaliteit Blokkerende melding bij een stagiair die in dienst komt op dezelfde inkomstenverhouding Als een stagiair na de stage in dienst komt bij het bedrijf, maar ook andersom, dan dient dit te gebeuren op een nieuwe inkomstenverhouding. Wanneer dat niet op een nieuwe inkomstenverhouding wordt gedaan zal de volgende blokkerende melding worden gegeven: Errorcode Validatie omschrijving Actienemer Actie E-TAX-41 Het is niet toegestaan om op dezelfde IKV te wisselen van code aard arbeidsverhouding Stagiair (7) naar een andere aard arbeidsverhouding en vice versa. Doet zich deze situatie voor dan moet dat op een nieuwe inkomstenverhouding gebeuren. Klant Maak een nieuwe inkomstenverhouding aan     Wijzigingen in bestaande inrichting Niet van toepassing.     Opgeloste meldingen Eenmalige uitkering met reservering voorschot past geen juist minimum toe Bij een eenmalige uitkering met de methode Reservering voorschot werd het minimum of maximum niet op het voorschotbedrag, maar op het gereserveerde bedrag toegepast. De uitbetaling werd daardoor onjuist. Dit is aangepast.   Dit is opgelost per 2022. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.   Percentage bijzonder tarief niet op loonstrook bij TWK betaling op beëindigd contract Wanneer er met terugwerkende kracht een berekening werd gedaan op een reeds beëindigde werknemer dan werd er geen percentage bijzonder tarief op de loonstrook afgedrukt.   Dit is per deze release opgelost. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.     Maximum dagloon t.b.v. voorschot betaald ouderschapsverlof In de berekening van het dagloon t.b.v. het voorschot betaald ouderschapsverlof werd ten onrechte gebruik gemaakt van het maximum premiedagloon (€ 229,63) in plaats van het maximum uitkeringsdagloon (€ 232,90).    Dit is hersteld per 2022 en kan derhalve een correctie in het voorschot van augustus tot gevolg hebben voor werknemers die boven het maximum dagloon verdienen.    Tevens wordt bij component 92300 Dagloon schatting een gemaximeerd dagloon vastgelegd. Dit zou ongemaximeerd moeten zijn. Dit is ook hersteld per 2022. Hierdoor is de naam van de component ook gewijzigd naar Dagloon schatting (ongemaximeerd). Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.   Cao Voortgezet onderwijs - Bindingstoelage voor afdeling en teamleiders die ook directie zijn Ten onrechte kregen in augustus de teamleiders en afdelingsleiders in schaal 1 t/m 12 die ook directie zijn zowel de reguliere bindingstoelage als de bindingstoelage o.b.v. de opbouwregeling.   Dit is hersteld per 2022 en kan derhalve een correctie in augustus tot gevolg hebben. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.   Cao Voortgezet onderwijs - Bepaling peil- dan wel opbouwmethode bindingstoelage ten onrechte op contractniveau De bindingstoelage voor leraren en onderwijskundig team- en afdelingsleiders wordt berekend volgens de opbouwmethode. De enige uitzondering hierop is voor werknemers die de bindingstoelage nog niet eerder hebben ontvangen. Als een werknemer meerdere contracten heeft (gehad) en daarbij op enig moment de bindingstoelage heeft ontvangen, dan zal voor alle contracten de bindingstoelage volgens opbouwmethode berekend moeten worden. Of er sprake was van de peilmethode of de opbouwmethode werd echter ten onrechte bepaald per contract, waardoor als vorig jaar op een ander contract al een bindingstoelage was betaald hier niet naar werd gekeken.   Dit is hersteld met terugwerkende kracht per september 2021 wat derhalve kan leiden tot correcties op de uitbetaalde bindingstoelage: Werknemers die voor augustus 2022 uit dienst getreden zijn en die al wel eerder een bindingstoelage op een ander contract hebben gehad, hebben ten onrechte niet de bindingstoelage o.b.v. opbouwmethode gekregen. Werknemers met een lopend contract op 1 augustus 2022 waar in 2021 geen bindingstoelage op is uitbetaald, maar waar wel in 2021 een bindingstoelage op een ander contract in 2021 is uitbetaald, hebben in augustus 2022 ten onrechte de bindingstoelage o.b.v. de peilmethode gekregen i.p.v. o.b.v. de opbouwmethode. N.B.: voor cao Primair onderwijs zal ook op werknemerniveau bepaald worden of de bindingstoelage volgens de peil- of opbouwmethode berekend moet worden. Aangezien voor deze cao in 2022 voor het eerst sprake was van een bindingstoelage, zal dit echter niet leiden tot terugwerkende kracht berekeningen.. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.   DUO export - Een contract met job functieklasse NVT werd meegenomen in de DUO export Bij de DUO export worden alleen medewerkers meegenomen met een correcte job functieklasse. Werknemers met NVT in de job functieklasse worden vanaf nu uitgesloten. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.     Wijzigingen in cao-inrichting Cao Voortgezet onderwijs Eenmalige uitkering juli 2022 In het onderhandelaarsakkoord voor de cao Voortgezet onderwijs 2022/2023 staat over de eenmalige uitkering in juli 2022 het volgende vermeld:    In juli 2022 (of zo spoedig mogelijk daarna) wordt een eenmalige bruto-uitkering toegekend van € 500. Deze uitkering is pensioengevend. Parttimers ontvangen de eenmalige uitkering naar rato van de betrekkingsomvang.    Het akkoord vertelt niet op welke wijze de betrekkingsomvang berekend dient te worden. In de werkinstructie voor salariskantoren is ter verduidelijking toegevoegd:    De volgende kortingen zijn in ieder geval van toepassing: anticumulatiebepaling, schorsing, staking, betaald en onbetaald ouderschapsverlof en gedeeltelijk of volledig buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging.   In tabel 50750 Eenmalige uitkering juli 2022 is de eenmalige uitkering gebaseerd op de deeltijdfactor Inkomens factor exclusief korting bij ziekte, die rekening houdt met de bovenstaande kortingen op het salaris. Daarnaast was echter ingericht dat de eenmalige uitkering gebaseerd werd op pro rata methode Afbreken naar rato van DTF en niet Afbreken naar rato van DTF én tijdvak. Deze combinatie van pro rata methode en deeltijdfactor is conflicterend en leidde derhalve tot onjuiste resultaten. De pro rata methode is met terugwerkende kracht gewijzigd naar Afbreken naar rato van DTF en tijdvak.    Deze wijziging zal leiden tot terugwerkende kracht berekeningen bij werknemers die gedurende de maand juli 2022 uit dienst getreden zijn. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.   Cao Ziekenhuizen Toeslagen bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst In de cao Ziekenhuizen zijn per 1 juli 2022 de toeslagen voor bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiediensten gewijzigd. Voor deze toeslagen zijn de volgende componenten op cao-niveau ingericht: Nummer Naam Te gebruiken bij Factor 43010 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 1/18 Consignatiedienst overige dagen 1/18 = 0,055556 43020 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 2/18 Consignatiedienst weekend Bereikbaarheidsdienst overige dagen 2/18 = 0,111111 43030 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 3/18 Consignatiedienst feestdagen Consignatiedienst weekend als er in 3 achtereenvolgende perioden van 28 dagen gedurende meer dan 8 weekenddagen consignatiedienst is verricht 3/18 = 0,166667 43040 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 4/18 Bereikbaarheidsdienst weekend Aanwezigheidsdienst tussen 6:00 en 24:00 uur op overige dagen 4/18 = 0,222222 43050 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 6/18 Bereikbaarheidsdienst feestdagen Bereikbaarheidsdienst weekend als er in 3 achtereenvolgende perioden van 28 dagen gedurende meer dan 8 weekenddagen bereikbaarheidsdienst is verricht Aanwezigheidsdienst tussen 0:00 en 6:00 uur op overige dagen 6/18 = 0,333333 43060 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 8/18 Aanwezigheidsdienst tussen 6:00 en 24:00 uur weekend 8/18 = 0,444444 43200 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 10/18 Aanwezigheidsdienst tussen 6:00 en 24:00 uur feestdagen 10/18 = 0,555556 43210 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 12/18 Aanwezigheidsdienst tussen 0:00 en 6:00 uur weekend 12/18 = 0,666667 43220 Bereikbaarheids-, aanwezigheids- en consignatiedienst 14/18 Aanwezigheidsdienst tussen 0:00 en 6:00 uur feestdagen 14/18 = 0,777778   Deze componenten zijn: niet pensioengevend geen grondslag voor eindejaarsuitkering geen grondslag voor vakantiegeld wel grondslag voor compensatie bij ziekte Actie De hiervoor benoemde componenten moeten voor ingebruikname gejournaliseerd worden. De componenten moet debet gekoppeld worden aan een kosten grootboekrekeningnummer.   Cao GGZ Balansregeling Met ingang van 2022 is in de cao GGZ een balansregeling opgenomen. Werknemers ontvangen een balansbudget van € 500, dat op onderstaande wijze kan worden gebruikt: 1. Uitbetaling als brutoloon in september De werknemer kan ervoor kiezen om het balansbudget uit te laten betalen. Ook als een werknemer geen keuze maakt voor de andere opties, zal het balansbudget standaard uitbetaald worden.    Het balansbudget is ingericht in tabel 50600 Balansbudget. Jaarlijks wordt bepaald of de werknemer op 1 juli in dienst is. De hoogte van het balansbudget wordt berekend pro rata van de contractuele deeltijdfactor op 1 juli, gemaximeerd op € 500. Uitbetaling vindt in september plaats op component 48210 Uitbetaling balansbudget. Dit component is pensioengevend.   2. Omzetting naar bruto opleidingsbudget  Het balansbudget wordt berekend door de inrichting van tabel 50600 Balansbudget. Dit budget wordt uitgeruild door het uit te ruilen bedrag op te voeren middels een transactie op component 2130410 Bron balansbudget t.b.v. studiekostenvergoeding.  In hoofdstuk 7 artikel 13 van de cao GGZ staat vermeld dat in bepaalde situaties het balansbudget verhoogd wordt in deze situatie met 20% of 40%. Het bedrag van deze verhoging reken je uit en voer je op met een transactie op component 2000410 Saldo studiekostenvergoeding. Let op  De inrichting die wij hebben gedaan voor de situatie waarbij een werknemer kiest voor omzetting van het balansbudget naar een bruto opleidingsbudget was echter niet correct. Gebruik van de uitruilfunctionaliteit is in dit geval niet aan te raden, omdat Payroll het op die wijze geregistreerde saldo beschouwt als een schuld en niet als een uit te betalen budget. Voor het stappenplan om de omzetting naar het opleidingsbudget juist te registreren kun je het volgende artikel raadlegen: Cao GGZ - Balansregeling naar opleidingsbudget       3. Omzetting in extra verlofuren Het balansbudget wordt berekend door de inrichting van tabel 50600 Balansbudget. Dit budget wordt uitgeruild door het uit te ruilen bedrag op te voeren middels een transactie op component 2130710 Bron balansbudget t.b.v. verlof.   Het aantal verlofuren dat je hiermee kunt kopen moet je eerst zelf berekenen op basis van het bruto uurloon op 1 juli. Het aantal gekochte uren voeg je vervolgens zelf toe in de verlofmodule of je roosterpakket.   Balansregeling en generatiepact Werknemers die deelnemen aan het generatiepact, hebben geen recht op het balansbudget vanaf het kalenderjaar waarin de deelname aan het generatiepact aanvangt. Je kunt deze werknemers van het balansbudget uitsluiten door een transactie op te voeren op component 48040 Uitsluiten van deelname aan balansbudget. Ook werknemers die pas na september gaan deelnemen aan het generatiepact moeten voor het gehele kalenderjaar worden uitgesloten. Dit kan met een transactie op component 48040 Uitsluiten van deelname aan balansbudget per 1 juli van het betreffende kalenderjaar. Actie Component 48210 Uitbetaling balansbudget dient gejournaliseerd te worden. Dit component moet debet gekoppeld worden aan een kosten grootboekrekeningnummer. Sluit werknemers die deelnemen aan een generatiepact uit van deelname aan het balansbudget middels toevoegen van component 48040 Uitsluiten van deelname aan balansbudget   Cao Woondiensten Vakantietoeslag bij kortdurend zorgverlof Component 44200 Korting kortdurend zorgverlof was ten onrechte ingericht als grondslag voor vakantiegeld (geen referentiesalaris), waardoor er 108% van het uurloon gekort werd en daarnaast ook de deeltijdfactor voor berekening van de vakantietoeslag werd verlaagd.   Met terugwerkende kracht per 1 januari 2022 is de inrichting gewijzigd naar Referentie salaris, alleen tellen in DTF. Hierdoor wordt in het geval van kortdurend zorgverlof de deeltijdfactor voor de vakantietoeslag verlaagd met de zorgverlofuren.   De waarde van vakantie-uren Als bij de cao Woondiensten bovenwettelijke vakantie-uren binnen het cafetariasysteem aan- of verkocht worden, heeft dit geen invloed op het vakantiegeld. De aan- of verkoop van bovenwettelijke vakantie-uren gaat tegen de uurwaarde exclusief vakantiegeld. De aan- of verkochte uren werken niet deeltijdfactor verhogend of verlagend door voor het vakantiegeld.   Derhalve worden de volgende componenten met terugwerkende kracht per 1 januari 2022 niet langer aangemerkt als grondslag voor vakantiegeld: Nummer Naam 42900 Verlof verkopen 42930 Uitbetalen verlofrecht 42950 Verlof kopen (bron salaris) 42960 Verlof kopen (bron eindejaarsuitkering) 42970 Verlof kopen (bron vakantiegeld)   Als bij het einde van een dienstverband het verlofsaldo wordt afgerekend, moeten de resterende vakantie-uren tegen 108% van het op dat moment geldende uurloon uitbetaald worden.   Derhalve zijn de volgende componenten met terugwerkende kracht per 1 januari 2022 ingericht als grondslag voor vakantiegeld (geen referentiesalaris): Nummer Naam 42910 Afrekenen verlofsaldo 42920 Afrekenen verlofsaldo negatief   Omdat de reservering van vakantiegeld binnen de cao Woondiensten loopt van 1 januari tot en met 31 december, zijn deze wijzigingen met terugwerkende kracht per 1 januari 2022 ingericht. Dit kan terugwerkende kracht berekeningen veroorzaken. Actie Je hoeft zelf geen verdere actie te ondernemen.
Volledig artikel weergeven
08-09-2022 15:46 (Bijgewerkt op 02-12-2022)
  • 0 Antwoorden
  • 0 kudos
  • 1142 Weergaven