Mijn Communities
Help

2019-2020 Vooraankondiging jaarovergang - deel 1

30-09-2019 17:59 (Bijgewerkt op 21-02-2022)
  • 0 Antwoorden
  • 1 kudos
  • 1003 Weergaven

Vooraankondiging Jaarovergang 2019-2020 - deel 1

Aanpassingen wet- en regelgeving 2020

In deze vooraankondiging informeren wij u over een aantal geplande aanpassingen in Payroll Business voor de jaarovergang van 2019 naar 2020 die invloed hebben op uw eigen processen. De december release van Payroll Business bevat de meeste functionele aanpassingen. De overige functionele aanpassingen zijn beschikbaar na de Kerstrelease. Indien functionele aanpassingen al eerder beschikbaar zijn, zullen we u informeren via de release notes. De definitieve informatie over deze aanpassingen vindt u in de Jaarovergang in december. 

Belastingdeel heffingskortingen ook van toepassing voor België, Suriname en Aruba

De heffingskortingen binnen de loonbelasting en de inkomstenbelasting bestaan uit een belastingdeel en een premiedeel. Vanaf 1-1-2019 hebben alleen inwoners van Nederland nog recht op het belastingdeel van de heffingskortingen. Vanwege belastingverdragen hebben ook inwoners van België, Suriname en Aruba recht op het belastingdeel van de heffingskortingen. Met ingang van 2020 heeft de Belastingdienst hiervoor aparte tabellen beschikbaar. Dat betekent dat u vanaf 2020 de algemene heffingskorting wel via het loon kunt verrekenen.

Nieuwe groepen berekenen loonheffing

Bovenstaande betekent dat er met ingang van 1-1-2020 voor het berekenen van de loonheffing twee nieuwe groepen van toepassing zijn: 

  • België
  • Suriname/Aruba 

Oplossing in Payroll Business - nieuwe  waarden voor Woonsituatie loonheffing

Medewerker > Loonheffingen

In het scherm Loonheffingen zijn aan het gegevenselement Woonsituatie loonheffing per 1-1-2020 de volgende nieuwe validatiewaarden toegevoegd:

4. België

5. Suriname/Aruba

Als bij bestaande medewerkers in het scherm Medewerker(s) bij het veld Woonland de waarde België, Suriname of Aruba is vastgelegd, vult Payroll Business voor deze medewerkers automatisch de juiste waarde in bij Woonsituatie loonheffing.

Dit gebeurt ook als u al eerder de Woonsituatie Loonheffing voor medewerkers met woonlanden België, Suriname of Aruba hebt aangepast. Als bij een medewerker voor gegevenselement toch een andere waarde van toepassing is, moet u dit zelf handmatig aanpassen.

Uw actie

  • De nieuwe waarden voor de Woonsituatie loonheffing zijn met ingang van 1-1-2020 beschikbaar. Als u de geconverteerde waarde of standaard waarde wilt aanpassen naar een andere waarde, moet u dit doen in het scherm Loonheffingen en daar kiezen voor de Ingangsdatum 1-1-2020.

Let op 1
Het wijzigingen van het Woonland kan leiden tot het aanpassen van de Woonsituatie loonheffing. Bij iedere wijziging van het Woonland kijkt Payroll Business of dit overeenkomt met de Woonsituatie loonheffing. Als dat niet het geval is, past het systeem de Woonsituatie loonheffing automatisch aan.

Let op 2
Het systeem past de Woonsituatie loonheffing niet aan als u deze ooit ergens in de tijd handmatig hebt aangepast. Voor de zekerheid raden wij u aan om dit veld te controleren na de verwerking van januari en daar aan te passen waar nodig.

Hoge en lage WW-premie

Met ingang van 1 januari 2020 wordt de Wet Arbeidsmarkt in balans (WAB) van kracht. Een onderdeel van deze wet is het invoeren van een hogere en een lagere WW-premie gebaseerd op het type contract. Voor het mogen toepassen van de lage WW-premie moet een contract voldoen aan de volgende drie voorwaarden:

  1. Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
  2. Schriftelijke arbeidsovereenkomst
  3. het betreft geen oproepovereenkomst

Als niet aan bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, geldt de hoge WW-premie. 

Altijd lage WW-premie

Er zijn drie uitzonderingssituaties waarvoor altijd de lage WW-premie geldt:

  • Voor medewerkers met een leerovereenkomst op grond van de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL).
  • Voor medewerkers die bij aanvang van het aangiftetijdvak jonger zijn dan 21 jaar en in dat aangiftetijdvak maximaal 48 verloonde uren (vierwekenaangifte) of 52 verloonde uren (maandaangifte) hebben.
  • Voor uitkeringen werknemersverzekeringen: uitkeringen door UWV, betalingen door een eigenrisicodrager ZW en WGA en werkgeversheffingen.

Als er lage WW-premie is berekend, kan achteraf toch de premie worden herzien en gewijzigd in de hoge WW-premie. Dit geldt in de volgende situaties:

  1. Beëindiging arbeidsovereenkomst binnen twee maanden.
  2. Meer dan 30% verloonde uren dan contracturen in een kalenderjaar

Oplossing in Payroll Business

Automatische berekening hoge en lage WW-premie

Voor medewerkers die WW-verzekerd zijn, berekent Payroll Business de WW-premie op basis van de volgende drie gegevenselementen in het scherm Arbeidscontract.

  • het bestaande gegevenselement Contact onbep./ bep. tijd
  • het nieuwe gegevenselement Schriftelijke arbeidsovk
  • het nieuwe gegevenselement Oproepovereenkomst

Beide nieuwe gegevenselementen komen met ingang van de november release beschikbaar. Per 30-12-2019 (4-weken verloning) of 1-1-2020 (maandverloning) nemen we deze nieuwe velden op in de aangiftes. 

Payroll Business berekent de lage WW-premie als de gegevenselementen de onderstaande waarde hebben:

Gegevenselement Waarde
Contact onbep./bep. tijd Onbepaalde tijd

Schriftelijke arbeidsovk

Ja

Oproepovereenkomst

Nee

In alle andere gevallen berekent Payroll Business de hoge WW-premie.

Automatisch afleiden waarde Oproepovereenkomst

De default waarde voor Schriftelijke arbeidsovk is Ja.

Voor bestaande medewerkers wordt de waarde van het gegevenselement Oproepovereenkomst afgeleid van de waarde voor Soort inkomen of Arbeidsvoorwaarde variant van het Salaris. In de tabel hieronder ziet u op basis van welke waarden het afleiden van de waarde van Oproepovereenkomst plaatsvindt:

Soort Inkomen Salaris - arbeidsvoorwaardenvariant Oproepovereenkomst

11 - Loon of salaris ambtenaren in de zin van de Ambtenarenwet 

13 - Loon of salaris directeuren van een nv/bv, wel verzekerd voor de werknemersverzekeringen 

15 - Loon of salaris niet onder te brengen onder 11, 13 of 17

Salaris Vast bruto

Salarisschaal

Netto salaris

Salaris o.b.v. loonkosten (vast)

Nee

11 - Loon of salaris ambtenaren in de zin van de Ambtenarenwet 

13 - Loon of salaris directeuren van een nv/bv, wel verzekerd voor de werknemersverzekeringen 

15 - Loon of salaris niet onder te brengen onder 11, 13 of 17

Salaris (variabel bruto) 

Netto uurloon

Salaris (dagloon)

Salaris o.b.v. loonkosten (variabel)

Ja

Niet gelijk aan:

11 - Loon of salaris ambtenaren in de zin van de Ambtenarenwet 

13 - Loon of salaris directeuren van een nv/bv, wel verzekerd voor de werknemersverzekeringen 

15 - Loon of salaris niet onder te brengen onder 11, 13 of 17

- N.v.t.

Nieuwe kolommen in de rapporten Afrekenmatrix medewerker / werkgever / per periode 

Voor de lage en hoge WW-premie zijn aan de Afrekenmatix medewerker / werkgever / per periode de volgende kolommen toegevoegd:

  • AWF laag
  • AWF hoog
  • AWF herzien 

Uw actie

  • Voor medewerkers waarvoor u geen schriftelijke arbeidsovereenkomsten heeft, moet u bij Schriftelijke arbeidsovk kiezen voor Nee
  • Als de waarde voor het gegevenselement Oproepovereenkomst niet juist is, moet u zelf handmatig de door Payroll Business afgeleide waarde aanpassen. 
  • Voor de processen waarvoor dit van toepassing is moet u de nieuwe gegevenselementen opnemen in imports, profielen en Self Service-formulieren. 
  • De nieuwe kolommen van de afrekenmatices - AWF laag, AWF hoog en AWF herzien - moet u opnemen in de inrichting van de journalisering.

Automatische berekening lage WW-premie voor uitzonderingssituaties

Werknemers met een leerovereenkomst op grond van de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL)

Medewerker > Interfaces > Loonaangifte

In het scherm Loonaangifte bij de medewerker, komt in de lijst bij Aard arbeidsverhouding  een nieuwe validatiewaarde 83 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) beschikbaar per 1 januari 2020. Als u deze waarde bij een medewerker vastlegt, berekent Payroll Busiiness de lage WW-premie ongeacht de waarde bij de gegevenselementen Contact onbep./bep. tijd, Schriftelijke arbeidsovereenkomst en Oproepovereenkomst.

Voor bestaande medewerkers vindt een conversie naar deze nieuwe waarde plaats, als in het scherm Arbeidscontract bij Minimumloon indicatie de waarde Beroeps Begeleidende Leerweg is vastgelegd. 

Uw actie

  • Voor BBL-medewerkers zonder de Minimumloon indicatie Beroeps Begeleidende Leerweg moet u bij Aard arbeidsverhouding de waarde 83 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) vastleggen.
  • Voor de processen waarvoor dit van toepassing is, moet u de nieuwe validatiewaarde opnemen in imports, profielen en Self Service-formulieren. 

Werknemers die bij aanvang van het aangiftetijdvak jonger zijn dan 21 jaar en in dat aangiftetijdvak maximaal 48 verloonde uren (vierwekenaangifte) of 52 verloonde uren (maandaangifte) hebben

Medewerker > Medewerker > Medewerker(s)

Op basis van de Geboortedatum in het scherm Medewerker(s) en het payrollelement Verloonde uren bepaalt Payroll Business automatisch of een medewerker voldoet aan deze uitzonderingssituatie. Hierbij wordt gekeken naar de leeftijd aan het begin van de afrekenperiode. Als een medewerker tot deze uitzonderingsgroep behoort, berekent Payroll Business de lage WW premie. 

Uitkeringen werknemersverzekeringen - uitkeringen door UWV, betalingen door een eigenrisicodrager ZW en WGA en werkgeversheffingen

Instellingen > Berekening > Grondslag

Op basis van de nieuwe Grondslag Looncomponenten AWF laag wordt voor de looncomponenten in deze grondslag de lage WW-premie berekend. Bij een samenloop van salaris en uitkering moet aan de Belastingdienst de totale WW-premie onder de rubriek AWF-premie hoog worden aangeleverd. Daarom ziet u in de Afrekenmatrix werkgever en payrollelementen AWF hoog staan. 

Als de uitkering, die valt onder deze uitzondering, verloond wordt zonder een salaris en de gegevenselementen Contract onbep.bep. tijd, Schriftelijke arbeidsovk, en Oproepovereenkomst hebben de waarde Niet van toepassing, dan wordt de lage WW-premie berekend. Er hoeft dan geen grondslag ingericht te worden.

Uw actie

  • Als u uitkeringen betaalt die vallen onder de hiervoor genoemde uitzondering en u betaalt deze tegelijkertijd met een salaris waarvoor de hoge WW-premie geldt, dan moet u via het scherm Grondslag de looncomponenten voor deze uitkeringen opnemen in de Grondslag Looncomponenten AWF laag.

WW Herzien in Fases

Herzien lage WW-premie - Fase 1

Medewerker > Loonheffingen

In fase 1 hebben wij voor het ondersteunen van het herzien van de lage WW-premie aan het scherm Loonheffingen het gegevenselement WW herzien toegevoegd. Als hier Ja is ingevuld, wordt de lage WW-premie herzien en wordt de hoge WW-premie berekend en in de Afrekenmatrix werkgever opgenomen in de nieuwe kolom AWF herzDe eerder berekende lage WW-premie wordt op 0 gesteld.

Fase 1 is beschikbaar voor de release van januari 2020. 

Herzien lage WW-premie - Fase 2

Zo snel mogelijk na januari 2020 komt Fase 2 voor het herzien van lage WW-premie beschikbaar. Het is de bedoeling dat voor de volgende uitzonderingssituaties het herzien van de lage WW-premie automatisch plaatsvindt en de WW herzien wordt berekend:

  1. Beëindiging arbeidsovereenkomst binnen twee maanden.
  2. Meer dan 30% verloonde uren dan contracturen in een kalenderjaar

Daarnaast komt er een rapport waarmee u kunt nagaan welke medewerkers aan het eind van het kalenderjaar meer dan 30% verloonde uren ten opzichte van de contracturen zullen hebben. 

Uw actie

  • De nieuwe kolom AWF herzien van de Afrekenmatrix werkgever moet u opnemen in de inrichting van de journalisering.
  • Als u, voordat Fase 2 is uitgeleverd, een medewerker hebt van wie binnen twee maanden de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, moet u in het scherm Loonheffingen bij WW herzien de waarde Ja vastleggen per de datum dat de herziene premie berekend moet worden.
  • Herzien van de lage WW-premie als er meer dan 30% verloonde uren dan contracturen zijn, mag pas plaatsvinden in december 2020 of januari 2021.

Nieuwe elementen op salarisstrook

Aan de salarisstrookmodellen zijn de volgende gegevenselementen aan het medewerkerblok toegevoegd:

  • Contr onbep./bep. tijd
  • Schriftelijke arbeidsovk
  • Oproepovereenkomst

Uw actie

  • Controleer te zijner tijd of er door deze verplichte gegevenselementen, elementen die u zelf hebt toegevoegd niet meer zichtbaar zijn op de salarisstrook. Als door u zelf toegevoegde elementen niet meer zichtbaar zijn, bekijk dan kritisch welke elementen niet meer nodig zijn.  

Risicogroep wordt sector

AWF- en sectorpremie vervallen

De bestaande AWF- en sectorpremie vervallen per 1 januari 2020.

Medewerker > Medewerker > Medewerker / Medewerker (aanvullend)

Omdat er geen sectorpremies meer berekend worden, vervalt in de volgende schermen het veld Risicogroep:

  • Payroll Business - scherm Medewerker 
  • HR Core Business - scherm Medewerker aanvullend

Omdat u wel de sector aan de Belastingdienst moet aanleveren, is aan de schermen Medewerker en Medewerker (aanvullend) het nieuwe veld Sector toegevoegd.

Voor bestaande medewerkers zal Payroll Business de waarde van het veld Sector afleiden van de huidige waarde in het veld Risicogroep. Daarnaast zullen we er tijdelijk voor zorgen dat risicogroepen die we binnenkrijgen voor nieuwe medewerkers worden omgezet naar de juiste waarde in het veld Sector. 

Uw actie

  • Verwijder voor de processen waarvoor dit van toepassing is, het gegevenselement Risicogroep uit imports, profielen en Self Service-formulieren en voeg het nieuwe gegevenselement Sector hieraan toe. 

AOW-leeftijd

In het pensioenakkoord is afgesproken dat de AOW-leeftijd minder snel zal stijgen. De AOW-leeftijd blijft in 2020 en 2021 66 jaar en 4 maanden. In 2022 stijgt de AOW-leeftijd met 3 maanden en komt in 2024 uit op 67 jaar. Daarna zal de AOW-leeftijd niet 1 jaar stijgen per jaar dat we langer leven, maar 8 maanden. De AOW-leeftijd blijft dus gekoppeld aan de levensverwachting, maar in mindere mate. Het wetsvoorstel Temporisering verhoging AOW-leeftijd is op 2 juli 2019 aangenomen door de Eerste Kamer en gaat in per 1 januari 2020.

Het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd is geregeld volgens het schema hieronder.

 

Geboortedatum vanaf

Geboortedatum t/m

AOW-gerechtigde leeftijd

AOW-gerechtigde leeftijd in maanden

Jaar AOW leeftijd

01-01-1892

31-12-1947

65

780

<=2012

01-01-1948

30-11-1948

65 + 1 maand

781

2013

01-12-1948

31-10-1949

65 + 2 maanden

782

2014

01-11-1949

30-09-1950

65 + 3 maanden

783

2016

01-10-1950

30-06-1951

65 + 6 maanden

786

2017

01-07-1951

31-03-1952

65 + 9 maanden

789

2017

01-04-1952

31-12-1952

66

792

2018

01-01-1953

31-08-1953

66 + 4 maanden

796

2019

01-09-1953

31-08-1954

66 + 4 maanden

796

2020

01-09-1954

31-08-1955

66 + 4 maanden

796

2021

01-09-1955

31-05-1956

66 + 7 maanden

799

2022

01-06-1956

28-02-1957

66 + 10 maanden

802

2023

01-03-1957

31-12-1957

67

804

2024

01-01-1958   67+ 804+ 2025 en verder

Payroll Business berekent per medewerker de AOW-gerechtigde leeftijd in maanden. Deze wordt getoond in het payrollelement AOW-gerechtigde leeftijd in maanden. Ook berekenen wij met welke datum de medewerker AOW-gerechtigd is. Deze datum ziet u terug in het veld Ingangsdatum AOW van het scherm Medewerker(s).

Als de leeftijd in maanden van de medewerker aan het einde van de afrekenperiode groter is dan of gelijk aan de AOW-gerechtigde leeftijd in maanden van de medewerker, doet Payroll Business het volgende:

  • Er wordt geen premieheffing meer berekend voor de sociale verzekeringen.
  • Er wordt geen AOW-premie meer berekend voor de loonheffing.
  • Er wordt geen AOW-premie meer berekend voor de eindheffing.

Uren naar volgend jaar bij TWK

Voor het verlonen van terugwerkende kracht mutaties over de jaargrens heen heeft u twee opties:

  • De correctiemodus, waarbij u de betalingen en de aangiftes in het vorige jaar houdt.
  • Alles verlonen als nabetaling, waarbij u ervoor kiest om de uitbetaling van een vorig jaar over te hevelen naar het nieuwe jaar. Hiermee vindt de uitbetaling plaats in de maand waarin u dan aan het verlonen bent en de uit te betalen en af te dragen bedragen worden dan ook in die maand meegestuurd in de loonaangifte.

Bij de nabetalingsmodus vindt het volgende echter nog niet plaats. Als aan deze betalingen over het voorgaande jaar ook uren zijn gekoppeld waardoor de verloonde uren van deze medewerker wijzigen over het voorgaande jaar, worden deze uren niet overgeheveld naar het volgende jaar en meegestuurd in de loonaangifte. Dit gaan we vanaf de januari-aangiftes aanpassen. 

We zorgen er dan voor dat wanneer de verloonde uren van een voorgaand jaar wijzigen bij de nabetalingsmodus, we niet alleen de bedragen maar ook de uren die hierbij horen doorsturen naar de Belastingdienst. U hoeft hiervoor geen extra handelingen of acties uit te voeren. Houd er echter rekening mee dat u bij uw controle van de loonaangifte wel andere waardes gaat zien, dan u nu gewend bent.

Gebruikt u de correctiemodus waarbij u alles in het voorgaande jaar houdt, dan worden de uren al op de juiste manier gecorrigeerd in de betreffende loonaangifte.

Meer informatie hierover nemen we op in komende release notes. 

Reden uit dienst verplicht vanaf 2020

Vanaf 2020 verplicht de Belastingdienst om bij elke medewerker die uit dienst gaat een reden van uit dienst vast te leggen en heeft hiervoor een standaard lijst met redenen opgesteld. Deze standaard lijst gaan wij beschikbaar stellen in het huidige veld Reden uit dienst in het scherm Medewerker(s)

  • Als u op dit moment geen redenen uit dienst vastlegt bij uw medewerkers hoeft u geen actie te ondernemen. De standaard lijst wordt dan automatisch zichtbaar voor u.
  • Als u wel al eigen redenen uit dienst vastlegt, ziet u de standaard waarden niet terug, maar behoudt u uw eigen waardenlijst.

Reeds vastgelegde redenen uit dienst

Als u nu eigen redenen uit dienst heeft vastgelegd via het scherm Medewerker(s) kunt u kiezen uit twee opties:

  1. De redenen uit dienst die u nu gebruikt stopzetten
    U gaat vanaf dat moment over op de redenen uit dienst die de Belastingdienst voorschrijft. Hiervoor zullen wij de waardenlijst van de Reden uit dienst aanpassen, zodat u deze  kunt inrichten. De standaard lijst zal vanaf dat moment zichtbaar worden en u kunt dan de redenen hieruit gebruiken. 
  2. U behoudt uw redenen uit dienst en u maakt gebruik van een conversietabel op klant-/ bedrijfsniveau
    U moet eenmalig uw eigen redenen koppelen aan de redenen die de Belastingdienst voorschrijft.
    Als u zelf redenen wijzigt of als de Belastingdienst in de toekomst de lijst met redenen wijzigt, moet u op dat moment opnieuw de conversietabellen aanpassen. Als u dit niet bijhoudt, wordt de loonaangifte niet goed verwerkt bij de Belastingdienst. Met deze optie ziet u de redenen van de Belastingdienst niet terug als keuze bij het uit dienst melden.

Uniforme Pensioenaangifte (UPA) - veld UPA Code reden einde inkomstenverhouding

Medewerker > Interfaces > Periodieke interface UPA

Maakt uw bedrijf ook gebruik van de Uniforme Pensioen Aangifte (UPA), dan moet u op dit moment nog twee redenen uit dienst vastleggen. Vanaf 2020 verandert dit en gaat de UPA dezelfde redenen uit dienst gebruiken als de Belastingdienst. Daarom gaan we het veld UPA Code reden einde inkomstenverhouding van het medewerkerscherm Periodieke interface UPA verwijderen. U hoeft dan vanaf 1-1-2020 alleen nog eenmalig de reden uit dienst vast te leggen in het scherm Medewerker(s)

Wij verwachten de reden uit dienst uit te leveren in de release van december. In de release notes leest u dan meer over dit onderwerp. 

Pensioenwijzigingen 2020

Meer pensioenfondsen stappen over op de Uniforme Pensioen Aangifte (UPA)

Steeds meer pensioenfondsen maken de overstap naar de Uniforme Pensioen Aangifte (UPA). Ook voor 2020 hebben een aantal fondsen besloten over te stappen. Dit houdt in dat uw inrichting wellicht moet wijzigen. Welke wijzigingen dat zijn, hangt af van uw pensioenfonds. Eventuele wijzigingen in ondersteunende CAO's past Visma | Raet aan.

De volgende pensioenfondsen gaan met de bijbehorende sectoren over op UPA:

  • TKP - Detailhandel, Beveiliging, Zoetwaren
  • Centric - Betonproductie, Reiswerk, Houthandel, Meubelindustrie
  • AZL - Levensmiddelen
  • Achmea - Zuivelindustrie

Wij zijn op dit moment druk bezig met de voorbereidingen voor het testen van de nieuwe pensioenfondsen met de bijbehorende regelingen en koppelingen, zodat u vanaf de januari-aangifte de aanlevering via het UPA-bericht kunt doen. Als u in 2020 via deze route de gegevens moet gaan aanleveren, zullen de betreffende pensioenfondsen hierover contact met u opnemen.

In de tweede helft van oktober zullen we u nader informeren en tevens uitleggen welke de aanpassingen u in Payroll Business moet doorvoeren om in januari te kunnen aanleveren via UPA. Hierin zullen we ook de jaarlijkse wijzigingen in meenemen die veranderen voor deze UPA aangiftes met de daarbij behorende acties aan uw kant.

Publishing Date : 9/30/2019

Medewerkers