om een gepersonaliseerde navigatie te krijgen.
om een gepersonaliseerde navigatie te krijgen.
In deze Vooraankondiging vind je informatie over de aanpassingen in Payroll Business voor de jaarovergang van 2024 naar 2025.
Aandachtspunten
Nieuwsbrief Belastingdienst
Zie voor de wijzigingen in wet- en regelgeving ook de Nieuwsbrief Loonheffingen 2025 van de Belastingdienst die je kunt downloaden van www.belastingdienst.nl .
De arbeidskorting voor lagere inkomens gaat van € 5.532 in 2024 omhoog in 2025 naar € 5.559.
De arbeidskorting voor de hogere inkomens wordt afgebouwd. Als het inkomen uit tegenwoordige dienstbetrekking meer is dan € 43.071 ( 2024: € 39.957) per jaar, wordt de arbeidskorting in 2025 verminderd met 6,510% van dit inkomen. De arbeidskorting is € 0 als het inkomen uit tegenwoordige dienstbetrekking hoger is dan € 129.077 (2024: € 124.934).
De algemene heffingskorting gaat van € 3,362 in 2024 omlaag in 2025 naar € 3.068.
De algemene heffingskorting kent een inkomensafhankelijke afbouw. Bij een jaarinkomen boven het grensbedrag € 28.406 ( 2024: € 24.812) wordt de algemene heffingskorting afgebouwd met een percentage van 6,337% (2024: 6,095%) en is volledig afgebouwd vanaf het inkomen € 76.820 (2024: € 75.518).
Payroll Business berekent deze korting automatisch, als bij de medewerker in het scherm Loonheffingen de Loonheffingskorting op Ja staat.
De ouderenkorting gaat van € 2.010 in 2024 omhoog in 2025 naar € 2.035.
De ouderenkorting kent een inkomensafhankelijke afbouw. Het maximale bedrag van de afbouw bedraagt eveneens € 2.035.
Payroll Business berekent deze korting automatisch, als bij de medewerker in het scherm Loonheffingen de Loonheffingskorting op Ja staat en de medewerker de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt.
Tot 1-1-2024 mocht de alleenstaande ouderenkorting alleen maar door de Sociale Verzekeringsbank (SVB) worden toegepast. Met ingang van 1-1-2024 mogen ook andere inhoudingsplichtigen dan de SVB de alleenstaande ouderenkorting toepassen en wordt deze in zowel de groene als in de witte tabellen gepresenteerd. Vanaf 1-1-2024 kan een AOW-gerechtigde die je verloont, verzoeken om ook de alleenstaande ouderenkorting toe te passen.
De alleenstaande ouderenkorting gaat van € 524 in 2024 omhoog in 2025 naar € 531.
Binnen Payroll Business is deze nieuwe korting geïmplementeerd en is het mogelijk om deze te laten berekenen. Per 1-1-2024 is hiervoor aan het scherm Loonheffingen (medewerker) het veld Alleenstaande ouderenkorting toegevoegd. Standaard heeft dit veld de waarde Nee. Als je hier Ja invult en de medewerker is AOW gerechtigd, dan zal Payroll Business bij het berekenen van de verschuldigde loonheffing ook de alleenstaande ouderenkorting toepassen.
De al bestaande tabellen voor de bijzondere beloningen zijn aangepast aan de cijfers van 2025.
De jonggehandicaptenkorting gaat van € 899 in 2024 omhoog in 2025 naar € 909.
Dit bedrag bestaat uit de volgende vier heffingscomponenten:
Het bedrag € 909 geldt voor werknemers jonger dan de AOW-leeftijd die over de eerste tariefschijf de gecombineerde loonbelasting/premie volksverzekeringen zijn verschuldigd.
Dat betekent dat er één of meer heffingscomponenten moeten worden geëlimineerd als de medewerker of de uitkeringsgerechtigde zijn loon geniet:
Payroll Business berekent het juiste bedrag aan Jonggehandicaptenkorting. Hiervoor hebben wij in de referentietabel Loonheffing jonggehandicaptenkorting de bedragen van 2025 opgenomen.
Payroll Business berekent deze korting automatisch, als bij de medewerker in het scherm Loonheffingen de Jonggehandicaptenkorting op Ja staat.
In Payroll Business kun je opgeven dat het uitbetaalde loon gecontroleerd moet worden op het wettelijke minimumloon. Dit doet je via het gegevenselement Controleren op wettelijk minimumloon. Hiervoor kun je de volgende waardes vastleggen:
Maximum premieloon
Het maximum premieloon gaat van € 71.628 in 2024 omhoog in 2025 naar € 75.864.
Premiepercentage Algemeen Werkloosheidsfonds laag
Dit premiepercentage gaat van 2,64% in 2024 omhoog in 2025 naar € 2.74%. Als er sprake is van een uitkering, moet deze tegen het lage percentage worden berekend. De looncomponenten die betrekking hebben op de uitkering, moet je koppelen via Instellingen > Grondslag > Looncomponenten Awf uitkering / Aof uitkering.
Premiepercentage Algemeen Werkloosheidsfonds hoog
Dit premiepercentage gaat van 7.64% in 2024 omhoog in 2025 naar € 7.74%.
Premie Arbeidsongeschikheidsfonds laag
Dit premiepercentage gaat van 6.18% in 2024 omhoog in 2025 naar € 6.35%.
Premie Arbeidsongeschikheidsfonds hoog
Dit premiepercentage gaat van 7.54% in 2024 omhoog in 2025 naar € 7.58%. Als er sprake is van een uitkering, moet deze tegen het hoge percentage worden berekend. De looncomponenten die betrekking hebben op de uitkering, moet je koppelen via Instellingen > Grondslag > Looncomponenten Awf laag / Aof uitkering.
Premie Wet Kinderopvang (WKO)
Dit premiepercentage is per 1 januari 2025 ongewijzigd ten opzichte van 2024 en blijft 0,50% .
Premie werknemersbijdrage Zorgverzekeringswet (laag)
Het percentage voor de premie werknemersbijdrage ZVW gaat van 5.32% in 2024 omlaag in 2025 naar € 5.26%.
Premie werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (hoog)
Het percentage voor de premie werkgeversheffing ZVW gaat van 6.57% in 2024 omlaag in 2025 naar € 5.51%.
Vrije vergoeding per kilometer(reiskosten)
Het bedrag dat je aan vrije vergoeding mag geven voor reiskosten, blijft per 1 januari 2025 0,23 cent per kilometer.
Vrije vergoeding thuiswerken
Het bedrag dat je aan vrije vergoeding mag geven voor thuiswerken gaat van €2.35 in 2024 omhoog in 2025 naar €2.40%.
Het percentage voor de premie PAWW gaat van 0.08% in 2024 omhoog in 2025 naar 0.10%.
Ook dit jaar zit er, net als vorig jaar, mogelijk een verschil in de loonheffing die is berekend in de salarisadministratie en de belasting die een medewerker moet betalen op basis van de inkomstenbelasting. Dit verschil wordt veroorzaakt door de opbouw en de afbouw in de arbeidskorting, de algemene heffingskorting en de ouderenkorting, waarbij bij de bijzondere beloningen onvoldoende rekening wordt gehouden in de loonberekening.
Dit is geen fout in de salarissoftware, maar is wettelijk zo vastgesteld.
De WNT norm gaat van €233.000 in 2024 omhoog in 2025 naar €246.000.
Vanaf het jaar 2025 zullen de onderstaande Fondsen aansluiten bij de UPA:
PNO Media
Loyalis
PMT Pensioenfonds (Zie: Inrichtingsdocument PMT Pensioenfonds 2025)
Voor 2025 worden er vanuit de diverse pensioenregelingen en CAO's een aantal regelingen verwijderd en toegevoegd. Hieronder vermelden we de wijzigingen per fonds via ons CAO-nieuws op de community.
Vanaf 2025 moet er voor de Uniforme Pensioen aangifte (UPA) de uren worden doorgegeven wanneer er sprake is van vrijwillige voortzetting van het pensioen tijdens bijzonder verlof.
Geen acties nodig. Deze gegevens worden direct gevuld vanuit de payroll resultaten
Voor betaald en onbetaald ouderschapsverlof kon al worden opgegeven of de premieopbouw tijdens dat verlof wel of niet moest doorlopen. Dit gold specifiek voor de PMT en de PME.
Vanuit pensioenfondsen worden er steeds meer mogelijkheden geboden om pensioen volledig voort te zetten wanneer er sprake is van vormen van onbetaald verlof (zoals onbetaald verlof, onbetaald en betaald ouderschapsverlof, etc.).
In de UPA aangifte wordt verwacht dat de verlofuren waarover de premie voortgezet wordt, dat deze apart doorgegeven worden. Om deze uren correct te gaan bepalen, is eerst de pensioenregeling aangepast.
Met ingang van 1-1-2025 zijn er voor de arbeidsvoorwaarde Pensioen met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag) de volgende aanpassingen gedaan, waarmee de berekening correct gaat bij voortzetting.
Op het bedrijfsscherm en het medewerkers scherm zijn de volgende aanpassingen gedaan.
Om op te geven of de premieopbouw tijdens het verlof wel of niet moet doorlopen.
Op het bedrijfsscherm zijn de volgende aanpassingen gedaan.
Om aan te geven welk percentage van de pensioenpremie over het gedeelte van het onbetaalde verlof op de werkgever en op de werknemer verhaald moet worden.
Standaard is ingesteld dat het voortzettingspercentage van pensioen voor de genoemde verlofsoorten 100% bedraagt. Dit betekent dat de premie bij pensioen voortzetting door de werkgever en de werknemer volledig wordt betaald. Volgens de procentuele verdeling die in de bovenstaande velden is opgegeven.
Voor een aantal CAO’s is echter ingesteld dat het voortzettingspercentage van pensioen 50% bedraagt. Dit betekent dat de premie bij pensioen voortzetting voor 50% door de werkgever en de werknemer wordt betaald en 50% door het pensioenfonds. Dit geldt alleen voor onbetaald en betaald ouderschapsverlof en voor de volgende CAO’s.
Bovenstaande aanpassingen gaan wij ook uitvoeren voor de volgende arbeidsvoorwaarden.
Pensioen aanvulling met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag).
Pensioen overbrugging met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag).
Pensioen extra met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag).
VUT met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag).
Vroegpensioen met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag).
AOP met de arbeidsvoorwaarde varianten Benoemd (vaste grondslag) en Eigen regeling (vaste grondslag).
Wanneer er sprake is van voortzetting van de pensioenpremie bij verlof en er is sprake van aanlevering van de gegevens via de UPA aangifte, dan dien je gebruik te maken van deze nieuwe functionaliteit.
Vanuit pensioenfondsen worden er steeds meer mogelijkheden geboden om pensioen volledig voort te zetten wanneer er sprake is van vormen van onbetaald verlof (zoals onbetaald verlof, onbetaald en betaal ouderschapsverlof, etc.).
In de UPA aangifte wordt verwacht dat de verlofuren waarover de premie voortgezet wordt, dat deze apart doorgegeven worden. Om deze uren correct te gaan bepalen, is de pensioenregeling aangepast.
Met ingang van 1-1-2025 zijn er voor variabel pensioen aanpassingen gedaan waarmee de berekening correct gaat bij voortzetting.
Dit geldt voor de arbeidsvoorwaarden Pensioen, Pensioen aanvulling, Pensioen overbrugging en Pensioen extra.
In de arbeidsvoorwaarde van deze pensioensoorten zijn zowel op het bedrijfsscherm als op het medewerkerscherm voor 10 verlofsoorten Ja/Nee velden toegevoegd om aan te geven of de pensioenpremie bij verlof voortgezet wordt of niet:
Voortzetting pensioen (Onbetaald verlof)
Voortzetting pensioen (Bet ouderschapsverlof)
Voortzetting pensioen (Onbet. ouderschapsverlof)
Voortzetting pensioen (Aanv geboorteverlof)
Voortzetting pensioen (Zorgverlof lang)
Voortzetting pensioen (Studieverlof)
Voortzetting Pensioen (Overig verlof 1 t/m 4)
Daarnaast zijn er 10 nieuwe grondslagen aangemaakt, waarin de kortingsbedragen per verlofsoort zijn vastgelegd, namelijk:
Voortzetten (Pens.) var grsl - Aanv geb verlof
Voortzetten (Pens.) var grsl - Bet.ouderschapsverlof
Voortzetten (Pens.) var grsl - Onbet verlof
Voortzetten (Pens.) var grsl - Onbet Oudersch.verl.
Voortzetten (Pens.) var grsl - Overig verlof 1
Voortzetten (Pens.) var grsl - Overig verlof 2
Voortzetten (Pens.) var grsl - Overig verlof 3
Voortzetten (Pens.) var grsl - Overig verlof 4
Voortzetten (Pens.) var grsl - Studieverlof
Voortzetten (Pens.) var grsl - Zorgverlof lang
Standaard zit in deze grondslagen het looncomponent Salaris het sublooncomponent Korting (van de betreffende verlofsoort) gekoppeld.
Let op! Deze grondslagen zullen eenmalig ingericht moeten worden. Wanneer er meer looncomponenten zijn die gekort worden bij verlof, dan dient het sublooncomponent met de Korting toegevoegd worden in de grondslagen van dezelfde verlofsoort!
Wanneer het veld van de voorzetting op Ja staat, dan vindt er over de korting uit de grondslag geen berekening van de premie meer plaats.
In de UPA aangifte zal automatisch de correcte grondslag, premie en uren doorgegeven worden.
Wanneer er sprake is van voortzetting van de pensioenpremie bij verlof en er is sprake van aanlevering van de gegevens via de UPA aangifte, dan zal er gebruik gemaakt moeten worden van deze functionaliteit.
Controleer de genoemde grondslagen dat hier de juiste sublooncomponenten in gekoppeld worden en zet de voortzettingsveld voor de betreffende verlofsoorten op het bedrijfsscherm of medewerkerscherm op Ja.
Voor APG geldt er 1 wijziging.
Vanaf 2025 stopt de regeling BEXC met regelingvariant BE. Deze geldt voor de CAO Bouw en CAO Baksteen. Vanaf 2025 zal Payroll Business dit niet meer berekenen en doorgeven aan de APG Pensioenaangifte.
Ieder jaar ontvang je vanaf medio november van de Belastingdienst een beschikking waarin staat of jouw organisatie voor het eerstvolgende jaar (nu dus 2025) wordt beschouwd als kleine werkgever, middelgrote werkgever of grote werkgever. Ook vind je in deze beschikking de nieuwe percentages van de Werkhervattingskas die voor jouw onderneming van toepassing zijn.
Controleer op basis van de beschikking of deze gegevens voor het komende jaar correct zijn vastgelegd.
De omschrijvingen van de codes voor de waarde van het veld Invloed verzekeringsplicht zijn in 2025 gewijzigd door de belastingdienst.
De omschrijvingen die vanaf 1 januari getoond worden zijn veranderd, maar de code zelf niet. De omschrijvingen in Payroll Busienss komen nu overeen met de nieuwe omschrijvingen van de belastingdienst.
Daarnaast is de '1' van de omschrijving van het dataelement verwijderd; vroeger waren er 3 elementen, maar Invloed verzekeringsplicht 2 en 3 zijn buiten gebruik.
Er is geen verdere actie vereist.
Voor arbeidsovereenkomsten met een gemiddelde arbeidsomvang van 35 uur of meer, gold dat deze waren uitgezonderd voor de eventuele herziening van de lage WW. Hiervoor geldt dat de WW niet herzien hoeft te worden als de verloonde uren de contractuele uren met meer dan 30% overschrijden.
Om de wendbaarheid binnen vaste contracten te vergroten wordt deze uitzondering per 1-1-2025 verruimd. De grens van een gemiddelde arbeidsomvang van 35 uur of meer per week wordt aangepast naar een gemiddelde arbeidsomvang van meer dan 30 uur per week. Hieronder valt dus bijvoorbeeld ook een gemiddelde arbeidsomvang van 30.1 uur. Het gevolg hiervan is dat de 30% herzieningssituatie vaker is uitgezonderd en dat voor een grotere groep werknemers middels de mogelijkheid tot overwerk meer wendbaarheid binnen het vaste contract is gerealiseerd onder de lage WW-premie.
Vanaf 1-1-2025 wordt de verhouding tussen de verloonde uren en de contractueel overeengekomen uren niet meer berekend als de gemiddelde arbeidsomvang meer dan 30 uur per week bedraagt. Dit was eerst bij een gemiddelde arbeidsomvang van 35 uur of meer.
Er is geen verdere actie vereis
Bij de controle door de Belastingdienst van de Loonaangifte zijn per 1-1-2025 de volgende aanpassingen doorgevoerd.
De controle 2217 - Reden uitdienst niet gevuld is vervangen door de controle 2501 - Reden uitdienst niet gevuld. De Belastingdienst geeft dit signaal als bij een medewerker het volgende van toepassing is.
De controle 2502 - Contract voor onbepaalde tijd is verplicht is toegevoegd. De Belastingdienst geeft dit signaal als bij een medewerker het volgende van toepassing is.
De controle 2503 - Oproepovereenkomst moet Ja zijn is toegevoegd. De Belastingdienst geeft dit signaal als bij een medewerker het volgende van toepassing is.
De controle C1124 - Soort inkomstenverhouding / werkgeversbijdrage fout is vervangen door de controle 2509 - Werkgeversheffing Zvw moet 0 zijn. De Belastingdienst geeft dit signaal als bij een medewerker het volgende van toepassing is.
Met ingang van 1-1-2025 zijn de oude signaleringen beëindigd en de nieuwe signaleringen toegevoegd. U vindt deze op het Signaleringsverslag als ze bij een medewerker van toepassing zijn.
Wanneer een bepaald signaal op het signaleringsverslag komt te staan vanaf 1-1-2025 dient deze opgelost te worden.
Voor de controles L2501 en C2509 zullen wij de desbetreffende klanten een mail sturen, zodat dit opgelost kan worden voor 2025.
Copyright 2022 Visma Community. All right reserved.