Kennisbank YouServe

Inleiding Zoals je in de Release notes 2021-01 van Payroll Business kunt lezen is het vanaf 2021 mogelijk om de transitievergoeding automatisch te laten berekenen en uitbetalen via een tweede inkomstenverhouding. Hieronder hebben we uitgebreid beschreven hoe dit werkt.  Inhoud Het tweede contract De salarisberekening Salarisstrook, betalingen en jaaropgaaf Controlerapporten Loonaangifte, pensioenaangiftes en journalisering Self Service-formulieren en externe HR systemen - uit dienst melden Facturering 1. Het tweede contract De ingangsdatum van het tweede contract is de ingangsdatum van de laatste periode waarin de medewerker in dienst is. Je bepaalt echter zelf het uitbetaalmoment van de transitievergoeding, vóór of na uitdiensttreding, zie Instellingen > Berekening > Voorstel transitievergoeding (instellingen). Scherm Arbeidscontract De omschrijving van het tweede contract = Transitievergoeding Het Contract id is met 1 verhoogd ten opzichte van het hoofdcontract. Het contract krijgt de indicatie Nevencontract. Dit contract gebruik je alleen voor het uitbetalen van Transitievergoeding: je kunt er geen andere arbeidsvoorwaarden aan toevoegen. Van het hoofdcontract worden verder overgenomen: Bedrijf-CAO Afdeling, Vestiging, Kostenplaats Classificatiekenmerk 1 t/m 3 Alle overige zaken in het scherm Arbeidscontract zijn niet van toepassing, zoals bijvoorbeeld: Schriftelijke Arbeidsovereenkomst = NVT Dagen periode en Uren periode zijn op 0 gezet 2. De salarisberekening Bij de eerstvolgende (voorlopige) salarisberekening berekent Payroll Business - indien van toepassing - het voorstel Transitievergoeding. Om de uitbetaling mogelijk te maken, wordt het voorstel in twee periodes als mutatie weggeschreven: in de laatste periode waarin de medewerker in dienst is  in de eerste periode waarin de medewerker niet meer in dienst is  Het daadwerkelijke moment van uitbetalen. hangt af van de instellingen die je hebt vastgelegd bij Instellingen > Berekening > Voorstel transitievergoeding (instellingen) in het veld Afrekenen transitievergoeding. Het uitbetalen vindt als volgt plaats: Tegen de groene tabel ZW-verzekerd De loonheffingskorting wordt toegepast zoals dit bij de medewerker is vastgelegd. Zie eventueel Medewerker > Medewerker > Loonheffingen. Premies die de VCR-methode volgen, worden als eerste uitgerekend op medewerkerniveau, rekening houdend met cumulatieven, franchises en maxima. ZVW en ZW: premies en grondslagen worden naar rato verdeeld over beide inkomstenverhoudingen.  Alle overige sociale premies worden toegekend aan het hoofdcontract, dus aan de normale inkomstenverhouding. 3. Salarisstrook, betalingen en jaaropgaaf Salarisstrook De medewerker ziet de transitievergoeding op de salarisstrook terugkomen op een tweede pagina. Medewerkergegevens zoals, naam, adres, het totaal over te maken bedrag en het (cumulatieve) fiscale loon, worden op beide pagina's herhaald. Contractgegevens zijn op beide pagina's verschillend, bijvoorbeeld de te betalen looncomponenten, de toegepaste loonheffingstabel en het nummer inkomstenverhouding. Ook de berekening van bruto naar netto zie je per contract. Betalingen  Het totaal nettobedrag van beide contracten wordt overgemaakt, zoals vastgelegd in het scherm Overboekingen SEPA. Eventueel kunnen de bedragen zijn opgesplitst via aparte rekeningsoorten, dit is niet gewijzigd. De te betalen bedragen zijn op medewerkerniveau vastgesteld en daarom ook op beide pagina's zichtbaar. Jaaropgaaf Op de jaaropgaaf staan voortaan beide inkomstenverhoudingen in de vorm van twee kolommen. Elke kolom toont: het nummer inkomstenverhouding de bedragen die voor de betreffende inkomstenverhouding van toepassing zijn of er wel of niet sprake is van toegepaste loonheffingskorting 4. Controlerapporten Medewerker > Inkomstenverhouding Via dit menu vind je de schermen met eigenschappen van alle inkomstenverhoudingen: Loonheffingen (IKV) - alle gegevens die invloed hebben op de bruto-netto berekening   Loonaangifte (IKV) - aanvullende gegevens voor de loonaangifte Je hoeft in deze schermen in principe geen gegevens te wijzigen:  De eigenschappen van de primaire inkomstenverhouding blijf je vastleggen bij de medewerker, zoals je dat gewend bent, in het scherm Medewerker > Medewerker > Loonheffingen. De tweede inkomstenverhouding wordt automatisch afgeleid van de eerste. Specifieke gegevens zoals Aard arbeidsverhouding en Soort inkomen vult Payroll Business automatisch in. De begin- en einddatum van de inkomstenverhouding worden in principe automatisch bepaald. Ook die hoef je hier dus niet te wijzigen. Alleen in uitzonderlijke gevallen kan het nodig zijn om deze te corrigeren, namelijk als er meerdere opeenvolgende correcties van de datum in dienst of datum uit dienst hebben plaatsgevonden. De loonheffingskorting wordt voor beide inkomstenverhoudingen toegepast zoals deze bij de medewerker is vastgelegd. Je kunt - indien wenselijk - hiervan afwijken bij de verschillende inkomstenverhoudingen. Eigenschappen van de tweede inkomstenverhouding: De tweede inkomstenverhouding begint tegelijk met het tweede contract, in de laatste periode waarin de medewerker nog in dienst is. De einddatum van de inkomstenverhouding voor de Transitievergoeding is in principe niet relevant voor de Belastingdienst, standaard wordt een geldigheid van twee afrekenperiodes toegepast.  Als tweede Nummer inkomstenverhouding zie je het jaartal en een volgnummer. Voorbeeld: bij indiensttreding in januari 2020 kreeg de medewerker als nummer inkomstenverhouding 2001, het tweede nummer inkomstenverhouding wordt dan 2002. De mutaties voor het tweede contract en de tweede inkomstenverhouding kun je controleren via het: Mutatieverslag - medewerker- en contractmutaties Mutatieverslag (uitgebreid) - mutaties op alle niveaus, inclusief het nieuwe niveau Inkomstenverhouding De muteerder die bij deze mutaties wordt vermeld, is de gebruiker die de mutatie heeft vastgelegd waardoor de tweede inkomstenverhouding nodig werd: dit kan bijvoorbeeld de uitdiensttreding zijn of de beslissing om het voorstel transitievergoeding te betalen.   Ook in de volgende rapporten zie je het Nummer inkomstenverhouding terug: Afrekenmatrix medewerker en werkgever Payrollelementen Individuele loonstaat, Collectieve loonstaat, Verzamelloonstaat Controleoverzicht loonaangifte Groepeerkenmerken en meerdere contracten Let op: als je in rapporten groepeerkenmerken toepast en vervolgens specifieke waarden selecteert voor bijvoorbeeld kostenplaats of afdeling, werkt dit als volgt: Alle medewerkers worden geselecteerd die één of meer contracten hebben die voldoen aan de opgegeven criteria. Van een geselecteerde medewerker zie je vervolgens altijd de informatie van alle contracten in het rapport. 5. Loonaangifte, pensioenaangiftes en journalisering Loonaangifte De tweede inkomstenverhouding wordt inclusief alle aan te geven bedragen doorgegeven aan de loonaangifte. Met ingang van release 01-2020 zijn de Bedrijfscode, de Medewerkercode en het Nummer inkomstenverhouding beter zichtbaar gemaakt, deze vind je terug in het Werknemers-ID. Pensioenaangiftes  De inkomstenverhouding voor de Transitievergoeding wordt conform de APG-voorschriften niet doorgegeven aan APG. Als je pensioengegevens aanlevert via de UPA, wordt de tweede inkomstenverhouding conform de UPA-voorschriften wel doorgegeven. Deze inkomstenverhouding wordt overigens door het pensioenfonds genegeerd, omdat er geen sprake is van pensioengevend loon. Alle overige pensioenaangiftes zijn niet aangepast: deze leveren op medewerkerniveau gegevens aan met uitsluitend pensioengevend loon. De transitievergoeding is daar geen onderdeel van, dus alleen de primaire inkomstenverhouding wordt aangeleverd. Journalisering  Instellingen > Boekingsgroep > Boekingsdefinitie > tabblad Looncomponenten Instellingen > Boekingsgroep > Boekingsregel Nieuwe looncomponenten De arbeidsvoorwaarde Transitievergoeding levert de volgende nieuwe looncomponenten op die, als je ze gebruikt, ook geboekt moeten worden: Transitievergoeding  (Transitievergoeding) Ontslagvergoeding (Transitievergoeding) Als je al een boekingsdefinitie hebt voor de vrije looncomponent Transitievergoeding (Periode vergoeding). kun je ervoor kiezen deze twee nieuwe looncomponenten hieraan toe te voegen. Je kunt als alternatief ook een nieuwe boekingsdefinitie en boekingsregel aanmaken. Medewerkerselecties en meerdere contracten Instellingen > Boekingsgroep > Boekingsdefinitie > tabblad Details en tabblad Selectiecriteria Instellingen >  Selectie / Conversie > Medewerkerselectie Let op als je in de Boekingsdefinities filtert op specifieke contractkenmerken: Het selecteren van medewerkers vindt plaats op basis van het voorkomen van een specifieke waarde voor bijvoorbeeld afdeling of kostenplaats bij één van de contracten. Vervolgens wordt de boekingsdefinitie uitgevoerd voor alle contracten van de geselecteerde groep medewerkers. Als je de transitievergoeding wilt boeken op een vaste afwijkende afdeling of kostenplaats, dan kunt je het beste de vervangende waarde voor het betreffende criterium toevoegen aan de Boekingsregel. Op deze manier hoef je geen mutatie voor elke medewerker afzonderlijk vast te leggen.  Variabel rekeningnummer en meerdere contracten Instellingen > Grootboekrekening >tabblad Variabel rekeningnummer Let op als je contractgegevens gebruikt voor het samenstellen van een variabel grootboekrekeningnummer: de gegevens van het hoofdcontract worden gebruikt voor de substitutie. 6. Self Service-formulieren en externe HR systemen - uit dienst melden De elementen in het medewerkerscherm Voorstel transitievergoeding kun je ook gebruiken in Self Service-formulieren en in externe HR-systemen voor het uit dienst melden van een medewerker: Dienstverband indicatie (38) Reden uitdienst (7389) Negeer reden uit dienst (10524932) Bepalen transitievergoeding (10524794) Betalen transitievergoeding (10524820) Afwijkende transitievergoeding (10524823) Verrekenen kosten met transitievergoeding (10524762) De mutaties zie je terug in het Mutatieverslag samen met de afgeleide mutaties voor het tweede contract en de tweede inkomstenverhouding. Het niveau van deze elementen is: medewerker. Dit heeft als voordeel dat je ze kunt aanleveren vanuit externe systemen, ook als er op dat moment nog geen tweede contract is: dit wordt pas aangemaakt bij het verwerken van de mutaties in HR Core Business en Payroll Business. Beschikbaarheid nevencontract  Het tweede contract of nevencontract is niet overal zichtbaar:  Het nevencontract is niet beschikbaar in Self Service, maar je kunt via bovenstaande medewerkermutaties in Self Service het berekenen en uitbetalen van de transitievergoeding aansturen. In het scherm Snelinvoer selecteer je nog steeds de medewerker. Alle mutaties komen terecht in het normale hoofdcontract. In het scherm Proforma kun je alleen pro forma-mutaties vastleggen voor de arbeidsvoorwaarden van het hoofdcontract. Bij de berekening die volgt, worden vervolgens alleen de gegevens van het hoofdcontract betrokken, dus in het resultaat zie je een eventueel aanwezige transitievergoeding niet terug.  Bij het verwerken van externe mutaties en het importeren van csv-bestanden worden contractgegevens, zoals salaris, afdeling en contracturen automatisch in het hoofdcontract doorgevoerd.   Het nevencontract is niet beschikbaar in Verzuimmanager, Flex Benefits, Management Informatie en Operationele Data Stores. Het nevencontract word vooralsnog niet beschikbaar gesteld via de standaard API's.   7. Facturering  Het effect op de factuur die je krijgt van Visma | Raet is neutraal: Als je een factuur ontvangt op basis van Inkomstenberekeningen, tellen wij de bruto-netto berekening bij het tweede contract in de plaats van de berekening bij de tweede medewerker. Bij facturering op basis van Personeel In Loondienst wordt zowel bij de oude als de nieuwe manier van werken de medewerker slechts één keer geteld. Publishing Date : 12/23/2020

1. Algemeen 1.1 Waarom een UPI? 1.2 Wat is het verschil tussen UPI & Identity? 2. UPI vullen 2.1 Hoe vindt de huidige uniciteitscheck van de UPI plaats? 2.2 Hoe wordt de uniciteitscheck ondersteund bij tweelingen? 2.3 Ik wil graag de UPI van mijn bestaande medewerkers vullen met de medewerkercode. Hoe doe ik dat? 2.4 Waarom werkt Visma|raet niet automatisch alle UPi’s bij? 2.5 Mag ik de UPI wijzigen? 2.6 Wanneer er wordt gekozen voor het vullen van de UPI met de medewerkercode, wordt er dan gekeken of de medewerker al eerder in dienst is en dus al een UPI heeft? 2.7 Komt er een signaal dat er reeds een UPI bestaat voor een medewerker met dezelfde persoonsgegevens? 2.8 Vindt de Uniciteitscheck ook plaats bij externe koppelingen (bijvoorbeeld Workday of SAP) of via een workflow HRSS? 3. UPI en HR koppeling Youforce Gebruikers uitgebreid 3.1 Is het UPI dan nog per 1 september 2020 voor alle klanten verplicht? 3.2 Hoe weet ik of ik gebruik maak van de koppeling Youforce Gebruikers Uitgebreid koppeling? 3.3 Wanneer wordt het UPI voor andere klanten verplicht? 4. UPI en de persoonslaag 4.1 Wat is het voordeel van de UPI en de nieuwe hierarchische laag persoon? 4.2 Wanneer de Wanneer je een persoon creëert, is die mutatie payrollgevoelig? 4.3 Hoe wordt de persoonslaag geactiveerd? 4.4 Waar moet ik op letten als ik de medewerkercode ga toepassen als UPI? 4.5 Indien er een anonieme medewerker is, zonder BSN, maar op een eerder dienstverband is wel een BSN. Wordt dan het BSN ook automatisch gevuld, of wordt het BSN bij de oude dienstverbanden verwijderd? 1. Algemeen 1.1 Waarom een UPI? Antwoord: Applicaties die integreren met HR Core business, kennen de laag Persoon. Applicaties hebben nu complexe logica nodig om een medewerker te vertalen naar een persoon. Om medewerkers te identificeren die dezelfde persoon zijn, is de UPI geïntroduceerd.  De UPI wordt al gebruikt in Self Service, voor het rehire-proces. Sinds de mei release wordt dit optioneel geleverd aan het portaal. In de (nabije) toekomst is het de Persoonsidentificatie voor: Verzuim 2.0 Employee Experience platform IAM API Generieke API’s 1.2 Wat is het verschil tussen UPI & Identity? Antwoord: De Identity wordt gebruikt ter Identificatie van de gebruiker.  Binnen de Youforce-omgeving wordt deze specifiek toegepast om een gebruiker te identificeren in het portaal voor onze Youforce-omgeving.  Identity wordt hiermee gebruikt om onderscheid tussen gebruikers te kunnen maken.  De UPI wordt gebruikt ter Identificatie van een persoon.  De UPI zorgt er voor dat medewerkers geïdentificeerd kunnen worden als 1 persoon. De UPI wordt gebruikt om (gekopieerde) medewerkers (persoon + contract) aan elkaar te koppelen, als dit dezelfde persoon betreft. 2. UPI vullen 2.1 Hoe vindt de huidige uniciteitscheck van de UPI plaats? Antwoord: De uniciteitscheck vindt plaats op basis van de achternaam en geboortedatum van de medewerker. Als de ingevoerde UPI al een keer voorkomt bij iemand met een andere achternaam en geboortedatum, resulteert de invoer in een foutmelding.  2.2 Hoe wordt de uniciteitscheck ondersteund bij tweelingen? De huidige uniciteitscheck op basis van achternaam en geboortedatum kan mogelijk fout gaan als tweelingen bij hetzelfde bedrijf werken. Welke oplossing wordt hiervoor voorzien? Antwoord: De uniciteitscheck zal uitgebreid worden met een check op het Burgerservicenummer (BSN) en als het BSN niet aanwezig is, wordt er gecheckt op achternaam. De verwachte uitlevering van deze functionaliteit staat nu gepland voor oktober.  2.3 Ik wil graag de UPI van mijn bestaande medewerkers vullen met de medewerkercode. Hoe doe ik dat?  Antwoord: Je kunt dit doen door de UPI bij te werken. Tot de release van september 2020 is het mogelijk dit te doen via het scherm Medewerkers. Na de release van september 2020 ga je hiervoor naar het scherm Wijzig UPI.  2.4 Waarom werkt Visma | Raet niet automatisch alle UPi’s bij? Antwoord: Veel klanten kennen al een identifier voor personen of hebben al een mechaniek om identieke medewerkers aan elkaar te koppelen. De identificatie die hiervoor gebruikt wordt, kan uitstekend toegepast worden op de UPI. Voor de klanten die niets hebben voorzien, is er de mogelijkheid de UPI te laten vullen met de medewerkercode en in de nabije toekomst met een unieke persoonscode. Bestaande medewerkers kunnen worden bijgewerkt door, bijvoorbeeld via import, het veld Bijwerken UPI te importeren. Let er wel op dat hier eventueel dubbele medewerkers in staan. Deze moeten handmatig de UPI van de originele medewerker krijgen. Zie ook 4.4. 2.5 Mag ik de UPI wijzigen? Antwoord: Het is niet de bedoeling dat de UPI van een medewerker wijzigt. Het kan echter voorkomen dat je een verkeerde UPI moet corrigeren. Hiervoor komt aparte functionaliteit.  2.6 Als er wordt gekozen voor het vullen van de UPI met de medewerkercode, wordt er dan gekeken of de medewerker al eerder in dienst is en dus al een UPI heeft? Antwoord: Bij deze medewerkers moet je initieel handmatig de UPI vullen. Er komt in de toekomst wel functionaliteit om deze UPI’s als voorgestelde waarde te kunnen ophalen op basis van het BSN.  2.7 Bij het automatisch genereren van de UPI wordt initieel nog niet gekeken naar bestaande UPI’ s bij dezelfde medewerkers. De UPI moet handmatig gecorrigeerd worden. Komt er een signaal dat er reeds een UPI bestaat voor een medewerker met dezelfde persoonsgegevens? Antwoord: Initieel zal dit nog via rapportages moeten plaatsvinden. Er zal wel in de nabije toekomst aan het terug kunnen geven van een reeds bestaande UPI bij dezelfde BSN als voorgestelde waarde. 2.8 Vindt de Uniciteitscheck ook plaats bij externe koppelingen, bijvoorbeeld Workday of SAP of via een workflow HRSS? Antwoord: Ja, de uniciteitscheck zal ook plaatsvinden wanneer de UPI via een import wordt ingevoerd of via HR Self Service.   3. UPI en HR koppeling Youforce Gebruikers uitgebreid 3.1 Is het UPI dan nog per 1 september 2020 voor alle klanten verplicht? Antwoord: Alleen voor klanten die de generieke IAM API gaan gebruiken, zal de UPI verplicht worden in de koppeling Youforce Gebruikers Uitgebreid koppeling. Het portaal zal de UPI gaan gebruiken om unieke personen aan gebruikers te kunnen koppelen.  3.2 Hoe weet ik of ik gebruik maak van de koppeling Youforce Gebruikers Uitgebreid koppeling? Antwoord: Je kunt dit controleren door in HR Core Business naar het menu Instellingen > Gegevensuitwisselingen > Raet koppelingen HR te gaan. Als je in de lijst Youforce gebruikers uitgebreid selecteert, staat er een vinkje bij Automatische export. Als hier een vinkje staat, betekent dit dat je reeds gebruik maakt van de Youforce Gebruikers Uitgebreid interface.  3.3 Wanneer wordt het UPI voor andere klanten verplicht? Antwoord:  Voor klanten die gebruik maken van één (of meer) van de volgende oplossingen zal het UPI gevuld moeten zijn, alvorens te on boarden op de betreffende oplossing: Employee Experience platform IAM API (Public) API’s   Voor andere klanten wordt er met de introductie van de Persoonslaag, functionaliteit en gelegenheid geboden om unieke personen te definiëren en daarmee (gekopieerde) medewerkers als één persoon te herkennen. Over de datum waarop dit verplicht wordt, zal nog expliciet en tijdig worden gecommuniceerd. 4. UPI en de persoonslaag 4.1 Wat is het voordeel van de UPI en de nieuwe hiërarchische laag persoon? Antwoord: Het voordeel is dat de persoonslaag het koppelen van de persoonsgegevens van de medewerkers ondersteund. Zo kunnen aanpalende systemen, die vaak een eigen logica hebben om medewerkers te kunnen koppelen, in een uitvraag de persoonsgegevens en de onderliggende dienstverbanden, in de vorm van medewerkers ontvangen.  4.2 Als je een persoon creëert, is die mutatie payrollgevoelig?  Antwoord: We hebben met zorg getracht te voorkomen dat er met iedere persoonsupdate een herberekening zou plaatsvinden. Als echter een adreswijziging tussen medewerkers wordt gesynchroniseerd, kan het voorkomen dat er een nieuwe reiskostenberekening plaatsvindt. We zullen hier voorafgaand aan de ingebruikname van het Persoonsniveau over communiceren.  4.3 Hoe wordt de persoonslaag geactiveerd?  Antwoord: De persoonslaag zal eerst geactiveerd worden voor de klanten die gebruik gaan maken van de IAM API’s, gevolgd door andere generieke API’s. Als de persoonslaag breder uitgerold gaat worden, zal dit voor alle klanten beschikbaar worden gesteld. Met het oog op de timing en de eindejaarsactiviteiten die doorgaans extra druk op HR- en salarisadministratie leggen, wordt er de voorkeur aan gegeven de persoonslaag pas in het eerste kwartaal van 2021 voor alle klanten te activeren.  4.4 Waar moet ik op letten als ik de medewerkercode ga toepassen als UPI? Antwoord: Voordat UPI’s bijgewerkt kunnen worden, is het wenselijk om eerst de dubbele medewerkers te herkennen, zodat deze via dezelfde UPI aan elkaar gekoppeld kunnen worden. Als de medewerkercode 1 op 1 zou worden doorvertaald naar de UPI, zou iedere medewerker 1 persoon worden, terwijl je wellicht wilt dat een dubbele, (gekopieerde) medewerker aan diezelfde persoon gekoppeld gaat worden.  4.5 Als er een anonieme medewerker is, zonder BSN, maar op een eerder dienstverband is wel een BSN. Wordt dan het BSN ook automatisch gevuld of wordt het BSN bij de oude dienstverbanden verwijderd? Antwoord: De nieuwste waarde, dus in dit voorbeeld de lege waarde, zal als actuele waarde gelden. In dit specifieke voorbeeld zal de nieuwe lege BSN in het meest extreme geval tot een nieuwe aangifte kunnen leiden van de medewerker met het eerdere dienstverband.  Voordat de conversie naar de Persoonslaag gestart wordt, is het dan ook ten zeerste te adviseren dat de laatste, actuele waardes correct zijn. Verder zullen we blijven investeren in gebruikersvriendelijkheid bij de data-invoer, waarbij ook specifieke vraagstukken over het BSN en het synchroniseren hiervan in ogenschouw worden genomen, evenals de wettelijke toepasbaarheid en gebruik van het BSN.  

Hier vindt u de opname van de webinar UPI & Personen

Tijdens de Webinar Visma Raet Route Checker zijn een aantal vragen gesteld, hieronder de vragen en antwoorden. Vraag 1. Berekening reisafstand in Payroll Business Het berekenen van de reisafstand woon-werk verkeer vindt toch plaats op basis van de postcode? Antwoord Sinds vorig jaar zijn er een aantal zaken gewijzigd in de afstandsberekening van HR Core / Payroll Business. De afstand in meters wordt gebaseerd op postcode, huisnummer en huisnummer toevoeging. Zo is de berekende afstand zo nauwkeurig mogelijk. Vraag 2. Verkeersdrukte Wordt er bij het berekeneng van de afstand nog rekening gehouden met drukte op de weg? Antwoord Nee, de route wordt altijd berekend op basis van de maximale snelheid die overdag geldt en houdt geen rekening met verkeersdrukte. De berekening gaat uit van de route die je doorgaans kan rijden als er geen verkeer is en je niet om moet rijden. Vraag 3. Zelf bepalen eisen aan berekenen route Kun je zelf instellen of er rekening wordt gehouden met bijvoorbeeld het ontwijken van een pont? Antwoord Nee. Je kunt niet zelf parameters instellen voor het al dan niet vermijden van tol, een pont of de snelweg. Vraag 4. Extra opties toevoegen in de Route Checker Kan je aan een Bestemming een waardelijst koppelen (bijvoorbeeld met vestigingen)? Antwoord Nee. Op dit moment is dat nog niet mogelijk. We vinden het wel een zeer goede suggestie en gaan de mogelijkheden onderzoeken. Vraag 5. Module Is dit een standaard module of moet je dit apart aanvragen? Antwoord Dit is geen standaard module. Als je deze nieuwe module wilt gaan gebruiken, kun je contact opnemen met je Accountmanager.

Tijdens de Webinar Wet Arbeidsmarkt in Balans - Transitievergoeding zijn een aantal vragen gesteld, onderstaand de vragen en antwoorden vanuit Payroll Business. Vraag 1. Berekening tijdsduur dienstverband en stage. Vraag 2. Grondslagen voor berekening bij minder dan 1 of 3 jaar in dienst. Vraag 3. Hoe is de berekening bij een vier weken verloning Vraag 4. Automatisch berekenen van Transitievergoeding Vraag 5. Historische datum in dienst Vraag 6. Grondslagen vullen voor de berekening Vraag 7. Sturing via HR-Self Service Vraag 8. Kopiëren medewerker voor TR vergoeding over bedrijven heen. Vraag 9. Scherm velden bij Transitievergoeding Vraag 10. Vrije velden toepassen Vraag 11. Rapporten en toepassing van de groene tabel Vraag 12. Voor welk type medewerker geldt de transitievergoeding Vraag 13. Geldigheid van elementen Vraag 14. Vakantiegeld berekening Vraag 15. Overzetten van bedrijf naar nieuw bedrijf of Nieuw bedrijf Vraag 16. Samenvoeg Regeling ZVW toepassen Vraag 17. Aantal stroken en jaaropgaven Vraag 18. Compensatie transitievergoeding Vraag 19. Medewerkers jonger dan 18 die minder dan 12 uur per week werken Vraag 20. Persoonlijk budget (PKB) Vraag 21. Berekening grondslag bij oproep medewerkers/flex medewerkers Vraag 22. Proforma berekening voor transitievergoeding Vraag 23. Contracturen verlies Vraag 1. Berekening tijdsduur dienstverband en stage. Bij de berekening van de tijdsduur in dienst wordt in eerste instantie gesproken over alleen de werkelijke tijdsduur in dienstverband, echter indien een medewerker start als een stagiaire, moet de ingangsdatum van de stage ook worden meegenomen in de berekening. Antwoord We zullen dit meenemen in de productcommunicatie, zoals release notes en online Help. HEt is echter niet in alle gevallen mogelijk om in Payroll business meerdere dienstverbanden correct te bepalen, hiervoor kunnen de velden afwijkende jaren, maanden en dagen gebruikt worden om de juiste waarden op te geven. Vraag 2. Grondslagen voor berekening bij minder dan 1 of 3 jaar in dienst. Hoe wordt de berekening van de verschillende grondslagen bepaald wanneer een medewerker korter dan een jaar in dienst is om te komen tot een jaarbedrag (respectievelijk 3 jaar) Antwoord Payroll business kijkt naar de werkelijke bedragen in de grondslag die opgehaald kunnen worden, voor de tijdsduur dat de medewerker in dienst is en dat er een betaling op een van de emolumenten is geweest. Voor de grondslagen over een jaar zegt de wetgever dat de grondslag gedeeld moet worden door 12 en daar wordt weer 1/3e van berekend. Voor de grondslag Variabele looncomponenten, moet de waarde over 3 jaar worden opgehaald en dit bedrag gedeeld worden door 36 ( 3 jaar van elk 12 maanden) ook hiervan wordt weer 1/3e genomen. Daar waar de medewerker korter in dienst is, zal de deling zijn door de werkelijke aantal maanden in dienst. Vraag 3. Hoe is de berekening bij een vier weken verloning In de Webinar wordt gesproken over delen door maanden, hoe zit dit bij een vier weken verloning. Antwoord De wetgever spreekt expliciet over berekening naar maandbedragen, anders gezegd, jaarbedragen gedeeld door 12, of indien van toepassing gedeeld door 36 (3 jaar van 12 maanden). Ook het terugkijken naar historie wordt bepaald over de maand voorafgaand van het uit dienst gaan en dan 12 maanden terug kijken. In Payroll Business houdt het in bij 4 weken verloning, dat we 13 perioden terug kijken en het jaarbedrag dan weer delen door 12. Voor het vaste salaris zullen we het periode inkomen vermenigvuldigen met 13 en weer delen door 12. Vraag 4. Automatisch berekenen van Transitievergoeding Wat wordt het proces voor het automatisch bepalen en betalen van een transitievergoeding tegen de juiste fiscale parameters, indien een medewerker niet meer handmatig gekopieerd hoeft te worden. Antwoord Vanaf de tweede kwartaal zal het uitbetalen van de transitievergoeding tegen groene tabel binnen dezelfde bedrijf het niet meer nodig zijn om een medewerker te kopiëren. Binnen payroll business wordt automatisch een nieuw IKV nummer aangemaakt en een nieuw contract. Het nieuwe IKV is voor de belastingaangifte, het nieuwe contract wordt gebruikt voor het apart houden van de uitbetaling van de Transitievergoeding tegen groene tabel. Dit tweede contract heet in Payroll Business een ‘nevencontract’ Vraag 5. Historische datum in dienst Wordt voor de berekening van de transitievergoeding de historische datum in dienst meegenomen. Antwoord Ja, de generieke naam voor het gegevenselement Historische datum in dienst is Datum in dienst organisatie. Op bedrijfsniveau kan worden ingericht of deze datum moet worden toegepast voor de berekening, of de datum in dienst gegevenselement. Mocht onverhoopt bij een medewerker de oorspronkelijke datum in dienst niet gevuld zijn, dan wordt automatisch gekeken naar het veld datum in dienst. Wanneer er voor bepaalde medewerkers het veld historisch datum in dienst is gevuld, bij de overige medewerkers niet (bijvoorbeeld alleen bij medewerkers die starten als stagiaires), dan is het raadzaam om de generieke instelling op historische datum in te stellen, bij die medewerkers bij wie de historische datum dan niet gevuld is, zal de datum in dienst over worden genomen. Vraag 6. Grondslagen vullen voor de berekening Voor de berekening van de transitievergoeding wordt een viertal grondslagen gemaakt: Salaris Vaste looncomponenten Onafhankelijke looncomponenten Variabele looncomponenten Vraag 1: Kunnen we als eindgebruiker zelf looncomponenten toevoegen aan grondslagen? Vraag 2: Als er sprake is van andere looncomponenten, bijvoorbeeld tantième in plaats van bonus. Kan deze dan worden toegevoegd. Vraag 3: Is het mogelijk om de grondslagen in te richten op bedrijfsniveau. Antwoord Ja, elk grondslag wordt vrij in te richten voor alle klanten en bedrijven. Antw. 1: Indien een bepaald toeslag tot het salaris behoort, dan kan die in de grondslag Salaris worden meegenomen. Antw. 2:Eigen gebruikte looncomponenten vanuit regelingen of vrije looncomponenten kunnen aan grondslagen worden toegevoegd. Antw. 3: Alle grondslagen in Payroll Business kunnen worden ingericht op Klant- en bedrijfs cao niveau, zo ook op bedrijfs- en klantniveau. Vraag 7. Sturing via HR-Self Service Kan de berekening voor de transitievergoeding vanuit HR selfservice worden aangeleverd/ aangestuurd. Antwoord Ja, in principe wel. Elk gegevenselement in Payroll Business kunnen worden toegevoegd aan een formulier van HR-Selfservice binnen een workflow. Vraag 8. Kopiëren medewerker voor TR vergoeding over bedrijven heen. Als we als bedrijf ervoor kiezen om een transitievergoeding niet in de zelfde bedrijf te berekenen en uit te betalen, kan de transitievergoeding via kopiëren medewerker dan nog worden toegepast om de betaling te doen in een ander bedrijf. Antwoord Zeker, binnen de functionaliteit van kopiëren medewerker kun je kiezen om een medewerker te kopiëren naar een ander bedrijf (wel binnen dezelfde klant). Het is ook mogelijk om gewoon via de wizard nieuw medewerker een medewerker toe te voegen, binnen het ander bedrijf, hier zullen dan niet de instellingen voor de juiste tabel e.d. worden vooringevuld. Aandachtspunt hier is wel dan bij het berekenen van de transitievergoeding, er dan geen grondslag resultaten zullen zijn bij de nieuwe medewerker binnen het nieuwe bedrijf. Vraag 9. Scherm velden bij Transitievergoeding Binnen het scherm transitievergoeding staat reden uit dienst, zo ook het veld dienstverband indicatie. Indien een medewerker uit dienst gaat, moet dan het uit dienst melden en de reden uit dienstverband 2x worden vastgelegd. Deze twee gegevens staan ook in de scherm medewerker. Antwoord Nee, de gegevens elementen die op de transitievergoeding scherm staan, zijn gelijk aan de gegevenselementen op het scherm medewerker. Bij Payroll business moeten we nog een uitspraak doen of de uit dienst proces helemaal naar de transitievergoeding scherm gaat. In de menu zal het komen te staan onder Medewerker – Instroom, waarbij instroom wordt hernoemd naar Instroom/Uitstroom. Vraag 10. Vrije velden toepassen Wordt bij het bepalen van de transitievergoeding en de duur van de dienstverband ook gekeken naar vrije velden? Antwoord Payroll business is een generiek rekenmachine die gebruik maakt van alle generieke gegevens elementen. Vrije velden worden door eindgebruikers zelf aangemaakt met de betekenis die alleen voor die eindgebruiker duidelijk is. Dit is waarom vrije velden niet kan worden gebruikt bij de berekening van de transitievergoeding. Vraag 11. Rapporten en toepassing van de groene tabel Wanneer de transitievergoeding volautomatisch wordt berekend zullen er twee contracten berekend toegepast worden, de eerste voor de reguliere verloning tegen witte tabel, de tweede voor de transitievergoeding tegen groene tabel Zal in de rapporten over deze verschillende kleur tabellen zichtbaar zijn Antwoord Ja, de payroll element waarin staat welk tabel is toegepast zal op IKV niveau verschillend worden zichtbaar gemaakt in het rapport met payroll elementen. Vraag 12. Voor welk type medewerker geldt de transitievergoeding De Transitievergoeding wordt in principe voor alle medewerkers uitbetaald die ontslagen worden. Alleen bij onderstaande redenen vervalt de transitievergoeding recht. Ontslag nemen (werknemer neemt zelf ontslag) Ontslag met wederzijds goedvinden (werkgever en werknemer stemmen samen in om het contract te ontbinden) Het bereiken van de AOW gerechtigde leeftijd /met pensioen gaan Kunnen medewerkers worden uitgesloten voor het berekenen van de transitievergoeding Antwoord Het blokkeren van de berekening van de transitievergoeding op basis van type medewerker zal niet mogelijk zijn, wel is het mogelijk om per medewerker de berekening van de transitievergoeding uit te zetten. De reden uit dienst zal in eerste instantie wel bepalend zijn voor de uitbetaling van de transitievergoeding. Vraag 13. Geldigheid van elementen Zijn de vervangende waardes voor de grondslagen van de transitievergoeding van het soort geldigheid vast. Antwoord Nee, alle elementen zijn periode elementen. Vraag 14. Vakantiegeld berekening In de grondslag voor de reguliere vakantietoeslag berekening zitten ook looncomponenten voor suppleties. Welke methode wordt toegepast. Antwoord Wanneer de transitievergoeding wordt berekend, gaat deze uit van dezelfde grondslag. In principe gaan we volgens de peil methode kijken naar het ‘te reserveren’ bedrag per periode en rekenen dit om naar 1/12e deel van een jaarbedrag. Vraag 15. Overzetten van bedrijf naar nieuw bedrijf of Nieuw bedrijf Wanneer een bedrijf nieuw begint met het verwerken van de salaris in Payroll Business of een bedrijf wordt overgezet naar een nieuw bedrijf, is er geen historie om automatisch de transitievergoeding te berekenen. Kunnen de grondslagen worden ingelezen? Antwoord Indien er sprake van een volledig nieuw payroll administratie in Payroll Business, zal de gebruik gemaakt moeten worden met de vervangende waarden: Vaste looncomponenten: jaarbedrag Variabele looncomponenten: Het totaalbedrag over 3 jaren Onafhankelijke looncomponenten: Jaarbedrag Salaris: Maand salaris Indien er sprake is van een bedrijf die overgaat naar een nieuwe bedrijf, dan zal de berekende waarde vanuit het oude bedrijf (de grondslagen) geïmporteerd kunnen worden. Vraag 16. Samenvoegregeling ZVW toepassen Wanneer we transitievergoeding volledig berekenen en er automatisch een nieuw contract en IKV wordt aangemaakt, worden de sociale premies (zoals ZVW en WW) over de contracten heen berekend (op medewerker niveau). Wordt de samenvoeg regeling ZVW ook automatisch berekend bij de aanmaak 2e contract. Antwoord Nee, omdat het nieuwe contract al bij de bestaande medewerker wordt aangemaakt, hoeft er niet ‘samengevoegd’ te worden. De berekening van de sociale premies gaat over alle contracten heen bij de medewerker. Vraag 17. Aantal stroken en jaaropgaven Hoeveel stroken worden er gemaakt bij het betalen van de transitievergoeding op een separaat IKV en contract bij een zelfde medewerker Hoeveel jaaropgaven worden er gemaakt bij het betalen van de transitievergoeding op een separaat IKV en contract bij een zelfde medewerker Antwoord Er wordt twee pagina’s afgedrukt wanneer de transitievergoeding wordt betaald naast een reguliere betaling. Er wordt één jaaropgave aangemaakt met separaat het loon volgens de groene tabel en het loon volgens de witte tabel. Vraag 18. Compensatie transitievergoeding Wanneer een medewerker meer dan 2 jaar ziek is, kan de medewerker worden ontslagen. De medewerker krijgt dan recht op een transitievergoeding. De werkgever kan dan een aanvraag indienen bij het UWV voor compensatie bij ontslag wegens langdurige ziekte (regeling gaat in per 1 april 2020) Is de vastlegging van de gegevens voor de berekening van de transitievergoeding voldoende om een compensatie op te vragen Antwoord Nee, Payroll business berekend alleen de waarde van de transitievergoeding zelf op basis van de gegevens die bekend zijn in de payroll. De vastlegging inzake langdurig ziek zijn en minimale vereisten die hiervoor nodig zijn, liggen buiten het bereik van de transitievergoeding berekening. Vraag 19. Medewerkers jonger dan 18 die minder dan 12 uur per week werken Een medewerker die jonger is dan 18 en die minder werkt dan 12 uur per week, krijgt bij ontslag geen transitievergoeding . Ook voor de bepaling van de grondslag geldt dat de duur dat medewerker jonger was dan 18 en minder dan 12 uur werk, dat deze niet hoeft worden meegenomen in de bepaling van de tijd dat de medewerker in dienst is geweest. Antwoord In payroll business zullen we kijken naar de datum in dienst en leeftijd, wanneer de medewerker jonger is dan 18 jaar en de uren is lager dan 12 uur per week, wordt er geen transitievergoeding uitbetaald. Mocht er sprake zijn van verschillende contracten in de tijd waarbij de contracturen in de loop van de tijd is gewijzigd, kan het zo zijn dat de duur van de dienstverband zelf berekend moet worden en ingevuld worden in de velden afwijkende dagen, maanden en jaren. Vraag 20. Persoonlijk budget (PKB) Wanneer er een persoonsbudget systematiek wordt gebruikt voor de uitbetaling van de maandelijkse salaris en dit is inclusief bijvoorbeeld vakantiegeld is dit niet generiek een looncomponent voor de berekening van de transitievergoeding. Antwoord Wanneer het persoonsbudget op een apart looncomponent wordt uitbetaald, kan dit looncomponent in de grondslag basisloon worden opgenomen. Dan geldt het persoonlijk budget (salaris met vakantietoeslag) als het laatst genoten inkomen waarover transitievergoeding wordt berekend). Vraag 21. Berekening grondslag bij oproep medewerkers/flex medewerkers Niet alle medewerkers die verloond worden, ontvangen een vast salaris. Veel medewerkers ontvangen een salaris op basis van gewerkte uren. Hoe gaat de transitievergoeding dit berekenen. Antwoord Bij oproep medewerkers wordt een jaar teruggekeken naar de grondslag basisloon (Arbeidsvoorwaarde Salaris variabel) voor 1 jaar, startend een maand voor de datum uit dienst. Indien een medewerker 16 april uit dienst gaat, zal Payroll business vanaf Maart 12 maanden terug kijken. Vraag 22. Proforma berekening voor transitievergoeding Zal proforma ingezet kunnen worden voor het berekenen van de transitievergoeding. Antwoord In payroll business kan voor testdoeleinden of proforma doeleinden het veld prognose datum uit dienst worden gevuld. Dan wordt er een transitievergoeding berekend en weggeschreven in het gegevenselement voorstel transitievergoeding. Dit bedrag zal niet automatisch worden betaald, het berekend bedrag is op te vragen via een mutatie verslag of terug te zien op het scherm voorstel transitievergoeding. Vraag 23. Contracturen verlies Indien een medewerker een vast contract heeft van 40 uur en dit worden er minder, kan dan de transitievergoeding ook worden berekend. Antwoord In principe is het verlagen van uren niet een ontslag. Er is eerder door de Hoge Raad uitgesproken dat er bij urenvermindering slechts sprake is van een aanpassing van de arbeidsovereenkomst (en niet van ontslag) en derhalve geen recht op een transitievergoeding. Payroll business heeft de ontslagdatum nodig om de transitie vergoeding te bepalen ten behoeve van de bepaling van de duur van het dienstverband te bepalen. De hoge raad heeft echter bepaald dat wanneer een werknemer minder dient te gaan werken na langdurige ziekte of gewijzigde bedrijfseconomische omstandigheden, er wel recht op een gedeeltelijke transitievergoeding ontstaat.